T

T

T-18

Taiwan. Cultivar voor zwarte thee. Aanplant aan Sun Moon Lake en de oostkust van Hualien en Taitung. In het leven geroepen door het Black Tea Experimentation Centre in Taiwan. Hybride van de Ashamu cultivar uit Myanmar en een wilde theeplant uit het zuiden van Taiwan. Gelanceerd in 1999. Pruim, rozijn, munt, rond en met veel body. Het proces start met 16 tot 22 uur verwelking, gevolgd door vier fases van mechanisch rollen, telkens van een half uur. Daarna wordt de thee tijdens twee uur geoxideerd in een ruimte waar het 100°C is. Daarna wordt hij gesorteerd en de allerbeste wordt dan nog eens gesorteerd met pincetten om de thee zeker niet aan te raken.


T-87

Oude Darjeeling kloon, populair in de jaren zestig, maar massaal gerooid toen men merkte dat de plant na een jaar of vijftien veel van zijn aromatisch- en smaak-potentieel verloor, en vervangen door onder meer AV-2. Aroma’s van perzik en gember. Favoriet van Kevin Gascoyne die vaak op zoek gaat naar plaatsen waar de aanplant bewaard bleef.


Tada Motokichi

° 11 maart 1829 en beschouwd als de vader van Japanse zwarte thee of wakoucha. Nadat hij was opgeleid tot zwaardvechter werd hij een vazal van de shogun, maar zijn carrière was vooral als administrator en in 1868 kreeg hij een stuk grond in Shizuoka waar hij met veel enthousiasme thee begon te telen. Groene thee was toen al een belangrijk exportproduct, vooral voor de Amerikaanse markt, maar de regering begon rond deze tijd ongerust te worden over de populariteit van zwarte thee, iets wat in Japan tot dan niet gemaakt werd. In 1874 werden twee Chinese specialisten aangeworven om hem te maken maar dat bleek geen succes omdat de Japanse theeplant niet geschikt was voor dit soort thee. In 1875 werd Tada Motokichi door de shogun naar China en Indië gestuurd om te gaan leren hoe zwarte thee gemaakt werd en om zaden en kennis mee te brengen. Hij ging eerst naar China, naar Joangxi en Hubei, leerde er over de technieken en bracht zaden van Chinese theestruiken mee. Een jaar later vertrok hij naar Darjeeling en Assam in het gezelschap van een specialist met technische kennis over de theeproductie en deze keer bestuurden ze niet alleen de teelt en de productie maar ook methoden om op grote schaal zwarte thee te telen. Op de terugweg passeerde hij terug langs China waar hij Guangdong, Fujian en Zhejiang aandeed. In 1877 was hij terug in Japan en stuurde de regering hem naar Kochi om er de productie van zwarte thee op te zetten. De Britten vonden de thee goed (niet zo goed als de Indische maar beter dan veel Chinese) en al gauw exporteerde Japan zo’n 150 ton per jaar. De cultivars die hij ontwikkelde door te kruisen tussen Japanse varianten en Indische assamica’s noemt men Tada Inzatsu’s. Hij stierf in 1896 na een leven rond thee, en was heel belangrijk voor de modernisatie van Japan’s thee-industrie eind 19de eeuw. Zijn grafmonument staat in Shizuoka. Eén van zijn leerlingen zou later de Yabukita cultivar ontwikkelen.


Taitea

Yunnan, Xishuangbanna. Pu’Er specialist, 1600 ha op de bergen Bada en Bulan, 1700-1800m hoogte, 1600 ha. De Menghai tea Company is er een deel van.


Taichung

Taiwan. Ook bekend als Taizhong. Dichtbebouwd stadsgebied in het midden van Taiwan, maar ook de plaats waar de Li Shan en Da Yu Lin bergketens liggen en waar zeer mooie bergthee’s vandaan komen. Hier wordt pas sinds begin jaren 90 thee gemaakt.


Taimushan

China. Ningde, in het Noordoosten van Fujian. 500 tot 1000m hoge berg, bekend voor zijn tempels en theetuinen. Een paar van de beste witte thee’s van China komen hier vandaan.


Taipei

Taiwan, in het noorden van het eiland. Tweede belangrijkste thee-regio van het eiland. Ooit de bakermat van thee in Taiwan alhoewel urbanisatie en industrie nu veel theetuinen rond de hoofdstad hebben doen verdwijnen. Nu vooral in Pinglin en de Mucha bergen.


Taiping Houkui

Ook bekend als Tai Ping Hau Fui of Peaceful Monkey King. Chinese groene thee uit de provincie Anhui, gemaakt van de Shi Da of Shidaye cultivar in Taiping, op anderhalf uur rijden van Huangshan. De woorden betekenen “vredevolle aap-leider”. De legende gaat als volgt. Lang geleden leefde er in de bergen van Huang Shan een koppeltje apen met één kind. Op een dag ging het kind op zijn eentje op onderzoek en liep het in de dikke mist verloren. De ongeruste vader zocht overal maar tevergeefs, en na een paar dagen viel hij uitgeput in een ravijn en stierf daar. Een paar dagen later vond een oude man die wilde thee aan het plukken was het lijk, en geraakt door het droevige lot van de aap, begroef hij hem aan de voet van de berg, en rond het graf plantte hij wat bloemen en enkele theestruiken. Toen hij wegging hoorde hij een stem die zei dat hij beloond zou worden voor zijn goede daad, maar hij zag niemand. De eerstvolgende lente keerde de oude man terug naar de plaats waar hij de struiken geplant had, en tot zijn verbazing was de hele berg er nu mee bedekt. Op dat moment hoorde hij de stem opnieuw en die zei hem dat dit zijn beloning was en dat hij een lang en gelukkig leven zou leiden als hij ze cultiveerde. Toen de man van de schrik bekomen was en doorhad dat het de geest van de aap was die sprak doopte hij de heuvel tot Hou Gang of heuvel van de aap en de thee Hou Cha of thee van de aap. Toen de thee van superieure kwaliteit bleek werd de naam Hou Kui of het beste van de aap. Tijdens de Qing dynastie was de thee voorbehouden voor de keizer, maar het was begin 20e eeuw dat ene Wang Kuicheng de thee creëerde zoals hij nu verkocht wordt door de traditionele Jiancha een extra behandeling te geven.

Theetuinen aan de voet van de prachtige Huangshan bergketen. De beste komt van drie dorpjes rond Xinming, Houkeng, Hougang en Yanjiachun. De thee neemt het aroma over van de wilde orchideeën die hier tussen de struiken groeien wanneer de jonge blaadjes openvouwen. Heel speciale “twee messen en één stok” vorm, twee al wat oudere blaadjes en één bot, rechte puntige bladeren met roze aderen en kleine, donzige haartjes, zelfs op het tweede en derde blad, die tussen de 6 en 10cm lang zijn (15cm voor de topkwaliteit). Ze worden samengebonden met katoentouw en hebben allemaal dezelfde lengte. Ze komen van de Shi Da Cha theestruik die alleen in Anhui voorkomt. Wordt van 5 tot 20 april geoogst wanneer er nog dauw op de blaadjes ligt en de mist nog niet is opgetrokken, en ondanks het feit dat de bladeren al groot en al wat ouder zijn zorgt de positie van de theetuinen in de valleien ervoor dat ze niet teveel zonlicht krijgen en zoet blijven zonder teveel bitterheid.

Dit is één van de ‘Ten Most Famous Teas’ van China, en hij wordt zowel in een pan als in een mand gebakken, wat uniek is. Eerst wordt de thee gebakken in een dubbele pan over houtvuur zodat er absoluut geen oxidatie kan optreden en dan opzijgezet. Hij wordt dan met rijstpapier gedept en dan over een laag vuur verder behandeld in een mand. Na proeven krijgt hij de finale verhitting, zodat er een grote platte lichtgroene blaadjesmengeling uitkomt, met het patroon van het rijstpapier zichtbaar op de bladeren. Vroeger apart gemaakt als geschenk voor hoogwaardigheidsbekleders.

De blaadjes worden vaak gestockeerd naast Indocalamus blaadjes voor hij verpakt wordt, en de bamboe kan aan de thee wat additionele zoete toetsen geven. De thee zelf geurt naar orchidee en smaakt er ook naar, en tegelijk is hij heerlijk zacht. De thee heeft een beetje meer body dan andere groene theeën. Het is de gewoonte om de bundels blaadjes recht te zetten in de theepot en er kan een paar keer na elkaar thee mee worden gezet. Zetadvies, westers: 2.5 gram op 250ml, 75-85°C, 4 à 5 minuten.  

Tai Ping Hou Kui, Siam Teas: 25 gram, 8.6 euro. Anhui, Huangshan berg, Shidaye cultivar. 700m hoogte, omgeving Hou Keng. Gemaakt door Laohan Liu, een theemeester, met pluk uit de voorlaatste week van april. 27 oktober ’21, 4 gram, 200ml, 75°C, 2 mins: nat blad, orchidee, frisse bermkruiden, edamame. Lichtgeel maar een beetje troebel, en zelfs wat bruine tinten. Lekker. Zoet en dik, met een zeer smakelijke consistentie, opwellende toetsen van iets vegetaals maar ook van orchidee. Mooie afdronk, met bitterheid pas daar, tijdens de afdronk niet tijdens het drinken. Mooie complexiteit ook in de afdronk. 2de: 80°C, 60 sec: Zoet, lichte florale toets; de mooie afdronk is weg maar de thee blijft erg aangenaam. 😊😊😊😊

Taiping Houkui, Thee van Sander: lange platgerolde bladeren. Prachtig om te zetten in een smal hoog glas. Smaakt als een groene thee maar is wat zachter om te zetten. Theevariant met lange grote bladeren van op de Yellow Mountain bij het meer van Taiping. Wordt geperst tussen twee doeken waardoor een ruitpatroon ontstaat en dan geroosterd. 24.5 euro per 100 gram. 5 gram, juli ’18. 4 november ’21, 3 min, 80°C, 200ml, 5 gram. Nat blad: vegetaal, maar ook iets zoets, orchidee. De infusie is knalgeel maar troebel. Smaak: eerst niet heel uitgesproken, maar geen vegetaliteit, wel iets zoets, iets van orchidee en achteraan een toetsje fruit. Geen astringentie, heel zacht. Misschien al iets te oud ? tweede zetsel, idem: zoet en best wel lekker, nog altijd een erg aangename afdronk. Lekkere thee maar vooral het uitzicht is spectaculair… 😊😊😊(😊)

 

 

Taitung

Taiwan. Derde grootste prefectuur van Taiwan, aan de Zuid-Oost kust. Geïsoleerd en dun bevolkt.

Roasted Red Oolong, 2020, Mist Teas: Geoogst 10 maart 2020. 250m hoogte. Luye, Taitung County, Taiwan. Resultaat van een experiment dat technieken van rode en van oolong thee combineert. Gerold en geoxideerd als en zwarte maart ook geroosterd en ‘killing green’ toegepast. Geen pesticides. De boer zit al 60 jaar op deze plaats. Chien en familie. 31 euro per 100 gram. 2 juni ’21, 5 gram, gaiwan, 100ml, 90°C, rinsed, dan 60 sec, 85°C. Nat blad heeft een zoet aroma (honing, parfum, fruit) maar met een scherp en hard randje, en met heel veel diepgang. Amberkleurige infusie. De smaak is erg complex en wat verrassend, echt als een geroosterde oolong maar met een bijkomende structuur die eerder ongewoon is voor een oolong. Zeer lange afdronk met een opvallende honingtoets. Tweede zetsel, honing en bijenwas. Erg vol, en met een duidelijk zoete toets die achterin zelfs wat kleverig is in het begin en dan evolueert naar iets met meer structuur. De afdronk is eindeloos lang en kent een prachtige evolutie. Derde zetsel, 80 sec: aroma heel sterk richting een rock oolong nu, vooral in het natte blad, in de infusie komt opnieuw die structuur meer naar voren (zeker na wat walsen). Ook in de smaak ligt nu een klein bittertje naast de nog altijd zeer lekkere honingtonen. Erg aangenaam zetsel. 😊😊😊😊

 

Taiwan

Onder de Portugezen nog bekend als Formosa. 300 jaar geleden voor het eerst hier aangeplant, in het noorden van het eiland met loten uit Fujian door kolonisten uit de Wuyi bergen, nadat het eiland veroverd was door de Qing dynastie. De grond bleek erg geschikt te zijn, maar de eerste 180 jaar werd de geplukte thee naar Fujian gebracht om te worden verwerkt. In 1868 zette John Dodd, en Britse handelaar, een verwerkingseenheid op in Taipei en vanaf dan begon de thee in hoeveelheden geëxporteerd te worden. Van 1895 tot 1945 was het eiland bezet door de Japanners die de productie van zwarte thee stimuleerden voor de export, maar die ook investeerden in plantgoed, bemesting, opleiding en machines. Na 1945 legden de Chinezen de nadruk op de productie van groene thee voor Noord-Afrika en later ook Japan, maar in de jaren 70 begon Taiwan sterk te lijden onder de competitie uit andere landen, en de crisis dwong ze een andere weg te zoeken, die van de oolong-thee’s die lokaal het populairst waren. Door de sterke economie en de groeiende welvaart concentreerden ze zich meer en meer op de binnenlandse vraag en op kwaliteit in plaats van kwantiteit. Taiwan is nu ook bekend voor het hoge niveau van zijn theedrinkers en tv-programma’s, beurzen en wedstrijden blijven de binnenlandse vraag naar kwaliteitsthee stimuleren. Goed voor 0.6% van de wereldproductie en 15.000 ton per jaar. Nu komt het leeuwendeel uit de streek rond hoofdstad Taipei, maar de productie is bijna volledig in handen van kleine theeboeren waarvan er bijna 30.000 zijn. Het eiland is het bekendst voor zijn Oolong’s of Wulong’s, zeer uiteenlopend qua stijl en zowel in Taiwan zelf als in de export erg populair. Vroeger vooral voor de Japanse markt, maar nu meer en meer voor Marokko en de VS. De grote plantages liggen lager dan 330m maar de top-thee komt van hoog in de bergen. De beste van de vijf plukseizoenen is die van eind mei. Die uit de bergen, van hooggelegen stukken grond, is het bekendst. Deze berg-oolongs kunnen sterk van karakter verschillen naargelang het seizoen. Het neemt ongeveer twee dagen in beslag om een goede oolong te maken.

Taiwan kent veel verschillende terroirs waarvan enkele een heel hoge reputatie hebben en heeft ook zijn eigen cultivars. De grotere theeregio’s zijn Wen Shan / Pinglin in het uiterste Noorden, met vooral Baozhong en GABA, Muzha, iets lager en links van hoofdstad Taipei met voor Tieguanyin, Beipu en Miaoli aan de westkust met vooral Eastern Beauty, Taichung in het midden van het eiland met Li Shan en Da Yu Ling, Nantou, ook in het midden maar iets zuidelijker, met Mingjian, Dong Ding, Shan Lin Xi en Yu Shan, en nog iets lager Chiayi met vooral Ali Shan.

Het is minder bekend dat Taiwan ook een grote importeur van thee is en dat lokale zakenlui investeren in landen als Vietnam, Thailand en China. Ook pu’er is er zeer populair en een paar van ’s werelds grootste verzamelaars zijn Taiwanees.

Butterfly of Taiwan, Palais des Thés: Proefdoos, zomer 2017. Oolong. Redelijk grote opgerolde blaadjes, donker en lichtbruin; droog aroma: gekookt fruit, honing, geboend hout; nat aroma: gekookt fruit en lambriseringen, als een oude pub vlak voor de middag met de keuken al in volle voorbereiding; redelijk grote blaadjes; schitterende koperkleurige thee; heel complex maar zacht aroma, en ook in de mond zacht en lekker met een mooie complexiteit van gekookt fruit en geboend hout; erg lekkere en aangename oolong 😊😊(😊)

Formosa Oolong, ITMA: 27 april, ITMA tasting bij Stijn, 4.2 euro Metropolitan Tea Company, Canada. De droge blaadjes hebben een verrassend uitzicht voor een oolong, met een mengeling van donker- en lichtbruine kleine bladstukjes, meer als een zwarte thee. Geur van sigarenkistje. Eerste zetsel, gaiwan, 5 gram op 100ml, 98°C, 20 seconden: de natte blaadjes geuren zoet en lekker, naar roast barley en fruit. De infusie is diepbruin en geurt erg lekker en mooi zoet-fruitig. De mond is lang, met echt rozijntjes, een mooie fraîcheur en een opmerkelijke echo. Tweede zetsel, 25 seconden: de neus wordt nog complexer en de infusie ziet nu echt rood. In de mond is er meer fraîcheur maar ook zeker meer astringentie. Derde zetsel, 10 seconden: waterig 😊😊😊

 

Taiwan #12

Ook bekend als Jin Xuan, Jin Shuan, Chinsuan, Golden Dailily, Golden Lily en Oolong 12. Chinese tekens 金 萱. Lichtgroen, ovalen blad, groter dan Qing Xin en wat ronder met nerven die bijna loodrecht op de centrale nerf staan. Vanop een afstand hebben de struiken een geelgroene schijn (en zo herken je ze in Taiwan). Ook de gedroogde blaadjes en de infusie hebben die geelgroene tint. Grote opbrengst en goed bestand tegen ziektes. Niet geschikt voor de allerhoogste en allerkoudste theetuinen maar kan eigenlijk best wel goed tegen de hoogte (beter dan Tsui Yu). Veel aangeplant op de Zhu berg, Alishan en Ming Jian. Geurt goed en geschikt voor oolong en bao zhong, en bijzonder voor Milky Oolong wanneer geteeld op grote hoogte. Wanneer goed geteeld is de thee van Jin Xuan dik en romig que mondgevoel, en met een duidelijke nasmaak die aan melk doet denken en erg aangenaam is. Door een relatief sterke oxidatie maar een licht roosterproces komt dit element nog meer naar voren. Ook veel gebruikt in Thailand. Geurt vaak naar lelies. Ontwikkeld in de jaren 70. Veel Taiwanese boeren noemen hem trouwens 2027 of gewoon 27, een nummer dat verwijst naar de testen van het TRES, en in Thailand noemt men hem Oolong 12. Heel populair in de jaren 80 en 90 van vorige eeuw maar overproductie en nabootsing heeft de prijzen doen in elkaar zakken. Veel lekkerder dan de kunstmatig door gestoomde melk gearomatiseerde kopieën uit China’s vasteland.

Golden Lily, Jin Xuan Oolong, Zhu Shan Village, Global Tea Hut: 600-800 m hoog, Nantou County. MOA organic. Ongeveer 30% oxidatie, heel licht geroosterd. 16 januari ’20: strak gerolde donkergroene bolletjes. 3 gram, 83°C, 100ml, gaiwan, 25 seconden. Gespoeld. Het nog compleet gesloten nat blad heeft een vaag aroma van warme melk en wat roostertonen. Lichte oxidatie op de (bruine) rand van de blaadjes. Bleekgele infusie. Licht zoete maar te lichte smaak. Geen thee voor de korte gongfu methode. Tweede zetsel, 3 minuten:mooie volledig geopende blaadjes met een heel complex aroma van warme melk, verse openlucht na de regen, opgewarmde melk in een keuken. Goudgele infusie. Erg complexe en versmolten aroma’s, heel mooi. De smaak is helder, met melk, maar niet romig, en vooral florale toetsen, en een medium lange afdronk. Een derde zetsel was nog floraler, en de melk was nu weg, maar nog steeds lekker 😊😊😊(😊)

Doi Mae Salong Jin Xuan Hoarfrost Oolong, Siam Teas: Winterpluk in december. Alleen de zeldzame wintertip na nachtvorst. 6.4 euro per 25 gram. 23 mei 2020, 5 gram, 100ml, rinsed, 1 min: nat blad erg apart aroma. De infusie is een geel met een bruine inslag. In de neus aroma’s van gebakken fruit en aanbrandende melk. Erg zoet in de mond, echt iets van licht aanbrandende melk. Heel zoet aanvoelend. Tweede zetsel: dat wat gebrande lijkt weg, zachter nu. De smaak is bijzonder zacht, helemaal zonder dat storende van die aangebrande melk met een bijzonder intense finish en afdronk die erg mooi valt, en héél lang blijft doorgaan; er is een klein bittertje helemaal achteraan. Derde zetsel: groenere aroma’s. 😊😊😊

Ruan Zhi Oolong N°17, Doi Mae Salong, Jade Pearls, Siam Teas: Licht geoxideerd. Belangrijke cultivar voor de regio. 6.10 euro voor 25 gram. 24 mei 2020, gongfu, 100ml gaiwan, 40 sec, 85°C, rinsed, 5 gram. Nat blad geurt erg intens; zeer rijk en floraal en complex als een parfum. Bleekgele infusie met een gouden schijntje. Erg mooi open aroma.  De smaak is nog een beetje flauw, vooral floraal, witte bloemen. Zachte thee. 50 sec: nat blad even intens, een zweem van stimorol; infusie nu mooi strogeel. De neus is zacht, vol bloemen en iets zoets grassigs. Heel zachte smaken maar intens en mooi floraal, en met een mooie finish en lange afdronk. Erg aangename thee. 60 sec: nat blad wordt nu boteriger en minder floraal, en veel zachter. De infusie blijft wel geuren naar bloemen, meer met boter in de ondertoon. 70 sec: nog lekker, aangenaam, en leuk om te drinken. 😊😊😊(😊)

Viet Nam Jin Xuan Red Tea Bio, Hotsoup: Thee uit het dorp Ban Bo, district Tam Duong, in provincie Lai Chao, Noord-Vietnam. 5.95 euro voor 50 gram. Geplukt voorjaar 2020. 1200m boven de zeespiegel. Rainforest Alliance. 2 gram, 200ml, 90°C, 2 tot 3 minuten. 14 maart ’21, 3 gram, 2 min, 88°C, 150 ml. Mooi gevormd blad. Opgewarmd, vooral hout en tabak. Er is iets bessigs in het aroma van het natte blad. Amberkleurig, naar het oranje neigend. Niet heel uitgesproken, maar vol en mooi fruitig, met het fruit vooral retronasaal en het meest opvallend wanneer de thee wat afkoelt. 😊😊😊(😊)

Yimu Red (Jin Xuan), Postcard Teas: Hsieh familieboerderij, Ming Jian, Taiwan. Kleine boerderij van 1 acre (Yi Mu). Eigendom van de familie Hsieh. Vooral groen en oolong, maar sinds 2016 ook een zwarte in heel beperkte oplage. Lente 2019. Jin Xuan cultivar. 3kg in 2019. 40 pond per 100 gram.  9 augustus 2020, 4 gram, 150ml, 3 min, 94°C. Interessant aroma, redelijk groot en volledig blad, veel tip. Nat blad, zoet, vruchten, mooi fris. De infusie houdt het midden tussen roodbruin en oranje. Zeer mooi kruidig en fruitig aroma. 17 augustus ’20, zelfde parameters: Mooi aroma, en de smaak is heel overtuigend, met fruit en specerijen, tamelijk lang, maar opvallend dun, en dat duidt toch wel dat dit geen echte voor zwart bedoelde cultivar is. Tweede zetsel heter en langer, en nu met meer cojones.😊😊😊. 30 december ’21, 92°C, 4 gram, 150ml, 3 minuten, kyusu. Zeer aangenaam en complex verweven aroma, bessenfruit en heerlijke specerijen. In de mond zacht en rond en heel smakelijk met dezelfde tonen, misschien iets meer specerijen. Ik vind deze thee nu eigenlijk lekkerder dan vorig jaar. 😊😊😊(😊)

 

 

Taiwan TRES #13

Ook bekend als Cui Yu (Green Jade, Kingfisher Jade), Tsui Yu en Tzuiju en Tai Cha N°13. Boeren gebruiken ook vaak het cijfer 29 of 2029. Gecreëerd in 1981 door het Tea Research and Extension Station van Taiwan. Kruising tussen Yingchi Hungshin en Tai Cha N°80. Minder compacte struik, erg geschikt voor oogst met de hand. Lange pijlvormige bladen, met nerven die in een hoek van 80 of 90° op de centrale nerf staan. Iets minder productief dan #12 maar geurt bijzonder floraal. Een mooie romigheid is ook typisch maar minder dan Jin Xuan. Vanop afstand hebben de struiken een blauwgroene schijn (zoals de ijsvogel). Dit is de cultivar waarmee Jade Oolong wordt gemaakt. Staat wat onder druk omdat het niet de makkelijkste cultivar is voor de boeren, Jin Xuan (die van Milky Oolong) is populairder. Doet het niet zo goed hoog in de bergen en groeit beter wat lager, waar hij meer oplevert dan Chin-Hsin, de traditionele oolong-cultivar. Vooral op de berg Zhu en rond Ming Jian in Nantou. Smaakt vaak naar zeewier, limabonen en fruit en geurt vaak naar wilde bloemen. Een nasmaak van vers fruit zoals perzik maar ook lotusbloem of lelie zijn ook typisch, maar veel hangt af van terroir en producent. Meestal een lichte thee voor een hete zomer met een zoet wat notig aroma.   


Takachiho

Japan. Cultivar uit 1953, speciaal ontwikkeld voor kamairicha als #11. Genoemd naar de gelijknamige stad en afkomstig van een natuurlijke cultivar uit Miyazaki. Zeer geschikt voor het kamairicha-proces omdat het blad wat dikker is en het zijn krul behoudt na het rollen. Grote ellipsvormige bladeren die recht naar boven groeien. Zeer productief. Vroege variant net als Yabukita, en goed bestand tegen koude en ziekte. De infusie is goudkleurig, als een Chinese groene thee.


Takachiho

Dorp/stad in het Nishi-Usuki district, in Miyazaki op het eiland Kyushu. Samen met Gokase zijn dit de dorpen die het bekendst zijn voor Kamairicha.

Black Tea from Takachiho Minami-sayaka, second flush 2020, Thés du Japon: Geoogst 25 juni 2020. Takachiho town, Nishi-usuki district, prefectuur Miyazaki. 9.8 euro voor 50 gram. 30 oktober, 3 gram, 3mins, 150ml, 98°C. Nb zeer complex, en vreemd met een constant veranderend aroma: van fruit naar specerijen en tabak naar véél specerijen en iets getomateerd. Amberkleurig. Infusie: complex maar erg versmolten. Smaak: weinig astringentie, erg versmolten. Tweede zetsel: Mooie versmoltenheid, minder complexiteit, idem voor de mond die een heel klein beetje astringentie geeft. 31 oktober 2020, 98°C, 150ml, 3 gram, 3 mins: nat blad: mooi aroma met vooral fruitige tonen. Heel mooie amberkleurige infusie, warm steenfruit. Mooie start met fruit maar ook met een mooie bittere ondertoon die snel kan omslaan in astringentie wanneer de thee te lang trekt. Fluwelige mondindruk, wat romig zelfs. Lange en erg mooie afdronk, heel versmolten met een mooie gebalde complexiteit.  1 november ’20, idem maar 5 minuten zoals aangeraden. Het natte blad geurt minder fruitiger en heeft meer structuur en is complexer, minder mollig, de infusie volgt dit patroon. De infusie kleurt wat dieper, logisch. Dit is enigszins tot mijn verbazing het beste zetsel. Er zit een niet astringente bittere toets in die alles een raamwerk geeft. De twee zetwijzen (3 minuten of 5 minuten) hebben echter allebei hun verdienste.  Tweede zetsel: aroma nat blad nog steeds erg aangenaam, iets zachter en fruitiger. In de mond zacht en aangenaam, maar veel minder uitgesproken dan het eerste zetsel en een beetje overbodig ? 😊😊😊(😊)

Gokase’s Native Kamairicha 2020, The Tea Crane: 35 dollar voor 100 gram. Bio. Lente 2020. Miyazaki Akira. Takachiho cultivar. 50 jaar oude struiken. De naam van de theetuin is Jihaku en hij ligt op 600m boven de zeespiegel, noordgericht en 18 are poreuze verharde lava en rode leem. Er is meer dan 20°C verschil tussen dag en nacht en de theetuin is omringd door bergen en andere organisch bewerkte theetuinen. 4 gram, 200ml, 98°C, 40 sec. Droog, warm: pakken umami. Nat blad: een bijzonder complex aroma, veel meer dan gewoon simpel umami, zeker iets vegetaals, iets mineraligs en iets heel verwarmend. Strogele infusie. Bijzonder attractieve aroma’s, winterochtenden in een zuiders land. In de mond is er een mooie umami toets, maar best ook wel veel meer dan dat. Mooie tamelijk lange afdronk. Tweede zetsel: granen en groentes voor het natte blad. De infusie geurt nog steeds naar heel vroege lente lucht, maar samen met iets als raapstelen die worden klaargemaakt. Klein bittertje en een redelijk dikke thee. Lekker maar ga hem toch ook nog eens anders zetten. Zelfde dag, 85°C, 2 min 30 sec: felgele infusie met een jade-schijn. Heel interessante en complexe aroma’s met iets vegetaals en vlagen umami. Heel zacht met een licht en mooi bittertje, en ook hier dat vegetale gecombineerd met umami, heel fraai. Tweede zetsel, zelfde parameters is een beetje teleurstellend met nogal weinig smaak, maar zoet en dik en dus wel degelijk de moeite. -😊😊😊😊 Opmerking voor mezelf: umami ? zeker ? 17 januari ’21, 8 gram, 200ml, 60 sec, 87°C: opgewarmd droog blad geurt heerlijk complex en hartverwarmend (koekjes). Nat blad vooral vegetaal en mineraal. Deze mocht inderdaad een pak warmer gemaakt worden, hij is nu nogal afwezig. Wel dik en aangenaam, maar de smaak en aroma komen niet echt door. De afdronk is wel mooi. Tweede zetsel, 98°C: beter maar nogal een straf bittertje. Niet zo’n makkelijke thee om te zetten. 21 maart ’21, als een coldbrew, een nachtje met 10 gram op een liter: schitterend, met een prachtige complexiteit, een beetje rokerig zelfs, en absoluut herkenbaar als een kamairicha. 😊😊😊😊

 

 

Takado No En

Japan. 3.6 ha. Producent uit Kawane in Shizuoka. Nu geleid door Takada Meguro San, maar vader Yasuo helpt nog steeds mee en is een sencha-authoriteit die al prijzen won in 1959. Grootste theeboerderij van Kawane. Bio (al 300 jaar), en in de lente uitsluitend met de hand geplukt, een zeldzaamheid in Japan.


Takarabako

Japan, Oba Sorayame district, in het zuiden van Matsue City, prefectuur Shimane. In 2003 opgericht als een dochter van Matsuura-Zoen, een landschapsarchitect. Thee en persimmon (dadelpruim). 7.4 ha thee, 0.3 ha dadelpruim, 2 ha andere zoals blauwe bessen, pruimen, etc. Alleen organische compost. Geen pesticides, geen kunstmest. Kouichi Matsuura is de huidige voorzitter.

Matsue Sorayama Takarabako Aged Japanese Black Tea 2013, Yunomi: Takarabako Tea farm. 2013. Summer 2013. Oba Sorayama District, Matsue City, Shimane. 60 gram. Yabukita. Organic. Het bedrijf specialiseerde zich ondermeer in zwarte thee die verouderd werd in ideale omstandigheden zodat ze telkens een aparte jaargang aanbieden. Winter 2019, 3 gram, 150ml, 3 mins, 98°C: erg versnipperd droog blad, met steeltjes en heel wat lichter gekleurde elementen. Mooi aroma, bijna als alcohol, doet denken aan wijn. Ook het natte blad geurt erg mooi. Redelijk donkere roodbruine infusie. Zeker na rondwalsen een redelijk complex aroma, een beetje als een wijn. Start als een echte zwarte thee, een beetje Indisch, met ook dat type astringentie, en dan met een erg interessante zure toets die gepaard gaar met een zijdezachte complexiteit. Mooi, lange en complexe afdronk. Interessant concept. Ook een tweede zetsel was erg interessant, met heel ontwikkelde en complexe aroma’s, zeker voor het natte blad. 😊😊😊(😊) 29 januari 2021, 3 gram, 3 min, 150ml, 98°C, klassieke theepot. Droog blad, warm: iets kruidigs. Nat blad, iets zuurs, maar na afkoelen ook duidelijk iets fruitigs. Weinig aroma voor de infusie. In de mond verrassend zacht, fruitig, dan ook iets van melkzuur, en op het einde komen die twee samen. Perzik ? Abrikoos ? Redelijk lange afdronk. Tweede zetsel: vooral het fruit, minder het zure, en heel fluwelig in de mond. Lekker, beetje speciaal. 😊😊😊(😊)

 

Takarabe

Japa, Kagoshima, Osumi schiereiland, in het noorden van de Soo regio. Aan de voet van de Kirishima heuvels. Bekend voor zijn zachte fukamushicha voor elke dag.


Takdah 78

Ook bekend als T78. Afkomstig uit de Tukdha of Takdah theetuin en voor het eerst geplant in 1978. Levert rijke, kruidige en smaakvolle thee op, nu minder populair omdat hij met de leeftijd snel minder productief wordt. Typisch zijn perzik en specerijen als gember en nootmuskaat.


Taloon

Indonesië. Bladthee uit Java. Roodbruine kleur. Krachtige thee die houdt van wat melk.


Tamacha

Japan. Bal-thee. Afgeleide van het sencha-proces en theeblaadjes die in plaats van in naaldjes in balletjes gerold werden. Geven een heel lichte sencha die zeer veel zetbeurten aankan. Er zijn maar enkele producenten van. Wordt ook gegeten als snack.


Tamamidori

Japan. Cultivar uit 1953. Vandaag eerder zeldzaam en teruggaand op een cultivar uit Uji, en een van de eerste die werden als cutlivar erkend (#4). Oorspronkelijk bedoeld voor tamaryokucha. Bestand tegen koud weer, maar gevoelig voor ziektes.


Tamaryokucha

Groene thee uit Kyushu in Japan, vooral rond Saga, Nagasaki en Kumamoto. Thee in een andere verschijningsvorm dan gewone sencha, met ronde opgekrulde blaadjes (komma’s). Zachte thee met een heel klein bittertje. Wordt op dezelfde manier gemaakt als sencha maar op het einde worden de gedroogde theeblaadjes niet gerold maar in een ronddraaiende trommel gestoken en gedroogd met hete lucht. Een variant wordt gebakken in pannen en heet kamairi tamaryokucha of kamairicha, hij doet meer denken aan gestoomde groenten. De gestoomde versie wordt ook mushiguri en guricha genoemd. Vroeger bestemd voor de export naar de USSR en het Midden-Oosten waar de balletjes de voorkeur kregen op de traditionele naalden en ze wedijverden met de Chinese Gunpowder-thee’s. Aroma’s van citrus, gras en bessen zouden typisch zijn. De naam verwijst naar de vorm. De beste Tamaryokucha zou van de prefectuur Saga in Ureshino komen.

Tamaryokucha: Juni 2017 bij de theesommelier, in Icebrew. Lekkere zachte thee die heel sterk naar oesterwater geurde en smaakte; heel geconcentreerd, straf maar ook héél lekker, als een espressoke. 😊😊😊(😊)

Waguricha, 2020: 3 gram, 150ml, 100°C. 50 gram. Gokou cultivar. Gestoomde Tamaryokucha. Eerste keer dat hij deze maakte. Via GJTea. 5 maart ’21, 4 gram, 150ml, 2 min, 75°C, kyusu. Droog blad, warm: heel rijk en rond, koekjesdeeg. Nat blad: grassig maar ook romig. Goudgeel. Heel rond aroma met umami. De smaak is zacht en rond, een beetje streng wel, met voldoende lengte maar het is niet de umami die in de lengte zet, eerder iets straks. Begint romig, eindigt wat bitter en toch wel redelijk kort. Tweede zetsel, echt leuk aroma. De smaak is zacht en start ook nu goed maar eindigt wat vreemd. Mooi zoetje.  😊😊(😊)

Tamaryokucha, Forthees: 10 à 12 dagen beschaduwing. Geoogst met een oogsttractor. Saeyamidori en Tsuyuhikari, 8 gram, 200ml, 70°C, 1 min, kyusu: erg gebroken blad, tussen middle- en deep-steamed. warm blad geurt naar amandel en warm brood. Infusie is geel met een groene schaduw. Nat blad geurt vegetaal. Dik mondgevoel, veel umami, heel rond, maar met een mooi fris tikje. Tweede zetsel, 80°C, 5 sec: diepgroene infusie, troebel. Nat blad: nog meer koekjes dan de vorige. Rond en zoet met klein bittertje. 😊😊😊(😊)

 

 

 

Tan Cuong

Vietnam. Provincie Thai Nguyen. Ook Tan Huong. Beschermde herkomstbenaming voor groene thee van de Trung Du cultivar. De traditionele hebben blaadjes in de vorm van een vishaakje. Omdat Trung Du nogal lage opbrengsten heeft begint men hem te vervangen door beter presterende cultivars die het karakter van deze thee kunnen veranderen. Echte Tan Cuong kan alleen van een aantal gemeenschappen rond Tan Cuong komen en er is veel namaak. De echte geurt naar versgesneden gras, rijst, bruine suiker en gebrande noten. Zetadvies, westers: 2.5 gram op 250ml, 75-85°C, 3 à 5 minuten. De interessantste resultaten krijg je vaak met een gaiwan


Tanegashima

Japan. Eiland in het zuidoosten van Kagoshima. Tweede grootste van de Osumi eilanden, 445 km² groot. Bekend voor zijn zeebries en ochtendmist, en populair bij surfers. Hier komt de vroegst geoogste hashiri shincha van Japan vandaan (eind maart), van theevelden in  Nishinoomote City en Minamitane Town, van heel vroeg bottende lokale cultivars als Kuritawase en Matsujyu.


Tanzanië

De eerste thee werd hier in 1905 rond Tanga aangeplant door Duitse kolonisten, maar de commerciële start was in 1926. De eerste fabriek opende in 1930. Nu staat er ongeveer 20.000ha, voornamelijk in Rungwa, Mufindi, Njombe, Usambara en Kagera. Er zijn drie theegebieden in Tanzanië (de rest van het land is te droog): eentje in de Southern Highlands rond Mufindi en Njombe, eentje in East Usambara in de Tanga regio vlakbij de kust, en eentje rond de zuid-westkust van Lake Victoria in Kagera. In de eerste is het klimaat zoals Malawi, met een koude winter tussen februari en augustus, en een regenseizoen tussen november en april wanneer er geoogst wordt. De beste komen van Luponde, op zo’n 2200 meter hoogte, en ze zijn bio, momenteel als enige van het land. Kibena is een andere goede producent hier, met aanplant op tussen de 1700 en 2000 meter. De twee andere regio’s kennen redelijk gelijkmatige temperaturen gedurende het jaar en twee regenseizoenen: één met lange regens van maart tot mei, en één met korte regens van augustus tot december. De CTC thee’s van deze regio’s komen terecht in Europese en Pakistaanse blends. De Tanzania Tea Authority (TTA) koopt de oogst van de kleine boeren en bewerkt ze in een vijftal fabrieken, daarnaast zijn er nog een 14 particuliere fabrieken, goed voor 50% van de oogst. 70% is bestemd voor de export. CTC thee van goede kwaliteit maar zonder meer.


Tarui Tea Farm

Japan, Nearai, Hamamatsu, Shizuoka. Familiebedrijf, bio en gespecialiseerd in minder vaak gebruikte cultivars. Theeboerderij met eigen fabriek en winkel. Takayuki Tarui, tweede generatie. Bio met certificaat sinds 2003. Diepgestoomde groene thee’s. Aanplant met yabukita maar ook Yamakai, Shizu#7132, Karabeni en Ninzatsu. Geen kunstmest, wel compost, mest, bladeren en rijstschillen. Telen ook passievruchten. In de zomer wordt een wakoucha gemaakt.    


Tawara Natural Farm

Nara, net buiten de stad, op de oosthelling van de Kasuga, op hoogtes tussen de 400 en de 500m. °2004 door mevrouw Fukui. Shincha in de lente, bancha in de zomer, wakoucha in de herfst en hojicha in de winter. Werkt organisch.


Tea-drunk

Winkel/importeur in East Village, 123 E 7th Street, New York. Dit is dé plaats voor Chinese thee in New York. Shunan Teng is de jonge en enthousiaste eigenares. Ze groeide op in China, kwam dan naar de VS om er in corporate finance te werken, maar koos uiteindelijk voor dit pad. Ze specialiseerde in wat ze historische thee’s noemt en doet niet mee aan modeverschijnselen als Jin Jun Mei. Geen infusies, geen blends, geen toegevoegde smaken, alleen het échte ding. Ze is begeesterd door terroir en hoe terroir de smaken van de thee beïnvloed, en is een heel moeilijke klant voor de boeren in China omdat ze staat op traditie bij het oogsten en bewerken.  https://tea-drunk.com/ .


Teadrunk

Staat van opwinding veroorzaakt door thee. Kan slaan op een eerder filosofische ervaring in de aard van ‘dronken van liefde’ of ‘dronken van schoonheid’, maar kan ook worden veroorzaakt door de consumptie van (te) veel thee. Lijkt wat op de eerste fase van alcoholgebruik wanneer iedereen vrolijk en sociaal wordt. Gebeurt vooral bij de consumptie van minder stevig geoxideerde thee’s, en kan heel hevig zijn bij sheng Pu’erh.


Tea Horse Road

‘In the past, the Hui Gu came to the court with many horses and traded the for tea.’,

A Record of Things Seen and Heard by Mr Feng, begin 9de eeuw.


‘All the barbarians need tea to survive. If they cannot get tea, they become ill and die.’,

een bestuurder onder de Ming dynastie.

Of de Cha Ma Gu Dao. Netwerk van meer dan 3000 km aan paden dat China verbond met Mongolië en Tibet, en waarlangs thee, in de vorm van thee-cakes werd getransporteerd om te worden geruild tegen paarden waaraan China een tekort had. Het onmetelijk grote China werd continu belegerd door nomadische volkeren die hun cavalerie efficiënt inzetten om de veel grotere infanterie-legers van de Chinezen te verslaan. Eeuwenlang deed China alles om aan goede paarden te geraken, en ze keken daarvoor vooral naar hun nomadische buren die ze via hun thee-verslaving overtuigden om te ruilen. Om smokkel te vermijden werd deze handel streng gecontroleerd door de staat en overtreders werden gestraft door geld- en lijfstraffen, gedwongen inlijving in het leger en soms zelfs de dood. Tegelijk werd de verbouwing van thee dichter bij de startpunten van de route gebracht om tijd te sparen. De thee zelf werd door de nomaden gemengd met yak-boter en gerstmeel en leek op Pu’erh, en in 1995 bedroeg de gemiddelde consumptie per Tibetaan nog altijd een stevige 11kg. Uiteindelijk zou het Chinese rijk keer na keer vallen onder de hoeven van de invallers, en de Chinezen leerden nooit om zelf oorlogspaarden te kweken. De buitenlandse vraag naar thee zou echter niet meer verdwijnen. De weg had twee beginpunten: Xishuangbanna in het diepe zuiden van Yunnan en de theebergen in het westen van Sichuan. In het Tibetaanse Mangkham kwamen ze samen. Het ontstaan van de Chinese Volksrepubliek en de komst van de vrachtwagen maakte uiteindelijk een einde aan het verschijnsel.

Beide citaten komen uit het zeer interessante The True History of Tea. van Victor H. Mair en Erling Hoh.


Tea Mountain Preservation Society

Initiatief van Meester Tsai Yizhe, een kampioen voor organische landbouw in Taiwan. Opgestart in 2013. Door een systeem van samen-aankoop garandeert hij boeren die de switch naar organische thee maken een inkomen gedurende vijf jaar dat losstaat van de volumes die ze presteren, zodat ze zich kunnen concentreren op kwaliteit en niet kwantiteit. Theestruiken reageren vaak op de overgang naar organisch door de eerste jaren beduidend minder te produceren en veel meer last te hebben van insecten tot ze hun natuurlijke weerstand terug hebben opgebouwd. Bron, Global Tea Hut, August 2019.


Tea Races

Tussen 1840 en 1860 verdubbelde de al grote consumptie van thee in Engeland, en er ontstond een fenomeen dat werd mogelijk gemaakt door de nieuwe tea clippers, de snelle zeilschepen die de oude en trage Indiamen hadden vervangen. Rond 1860 werd Fuzhou, de haven die het dichtst bij de Bohea theeregio lag, het startpunt van de Tea Race waarbij de schepen probeerden als eersten in London te raken met de thee van het nieuwe seizoen. Door vakmanschap en technologie probeerden de schippers elkaar te slim af te zijn en er ontstond een heel systeem van weddenschappen op welke boot het zou halen. Omdat die ‘nieuwe thee’ ook veel hogere prijzen haalde lagen ook de handelaren op vinkenslag zodat ze er hun eigen informatienetwerk op na hielden om de boten te volgen (de telegraaf was net uitgevonden). Wanneer ze aan de monding van de Thames kwamen moesten ze vaak wachten op een gunstige wind om die op te varen en de theehandelaren hadden jongens die rond die tijd als enige taak hadden om de windhaan in het oog te houden en hun baas te verwittigen als de wind draaide zodat die zich naar de dokken kon haasten waar dan nog moest worden gevochten om de beste en snelste sleepboot te pakken te krijgen. De Cutty Sark kan nog steeds worden bezichtigd in Greenwich.


Tea Road

Rond 1689 ontstond er een nieuwe handelsroute die Rusland en Mongolië via Siberië met elkaar verbond, en zo de regelmatige beschikbaarheid van thee in Rusland mogelijk maakte. Het was een kamelenroute omdat alleen kamelen de zware tocht overleefden en thee werd er getransporteerd in grote plakken. De gestage aanvoer maakte van thee voor de Russen een basisproduct dat ook vandaag nog heel belangrijk blijft in het dagelijks leven.


Teesta Valley

Darjeeling. Vallei van de Teesta die vanuit de Himalaya door de vallei vloeit. Teesta Valley, Samabeong en Glenburn zijn een paar van de bekendste domeinen.


Teesta Valley Tea Company

Consortium van Teesta Valley Tea Garden en de Gielle Tea Garden in Darjeeling. Opgericht in 1841. Ook theetuinen in Assam en Dooars. Zowel de Teesta als de Gielle zijn bergriviertjes. 2500 tot 6500 voet boven de zeespiegel. De twee theetuinen zijn aangeplant met Camellia Sinensis. Ze krigen veel zon en een verfrissende mist en wind van de Kanchenjunga. 

Gielle DJ 63, F.T.G.F.O.P.1, Palais des Thés: Darjeeling, lenteoogst 2018. 85°C, 3 min 45 sec. 56 gram. De Gielle plantage werd meer dan 150 jaar geleden aangelegd en bevat vooral  Chinese theesoorten. Een heel typische lente-Darjeeling. 18 euro per 100 gram. 21 juli ’18: droog: mix van bruine en groene blaadjes, mooi aroma van hooi en iets van bij de bakker. Nat geuren de blaadjes bijzonder complex, en ze zien er ook goed uit, een mooie mix van frisgroen en bruin. De infusie kleurt oranje. De geur van de infusie is bijzonder aangenaam, erg fruitig, mooie kruidige toets en met iets heel moois bijna zoets achterin (brioche volgens de website). In de mond heel fijn, licht bittertje, ook hier dat hooi, friszoete toets, lange en interessante afdronk 😊😊😊(😊)

 

Temi Tea Garden

Indië, Sikkim. Opgericht in 1969 in Ravangla door de deelregering van Sikkim. Volledig biologisch sinds 2008. 177ha. Uitstekende kwaliteit, meestal fruitig en zelfs wat honingachtig.


Temomi

Japan. Temomi is de term voor handgemaakte sencha en betekent met de hand gerold. Alle machinaal gemaakte Japanse sencha bootst dit proces na maar er zijn nog specialisten in Japan die het kunnen, alhoewel ze zeldzaam worden. Deze thee kom je in het westen dan ook zeer zelden tegen. Het begint wanneer het gestoomde theeblad op de hoirou gelegd wordt, een houten tafel die verhit wordt door kolen of een modernere warmtebron. De eerste stap heet haburui of tsuyukiri waarin de blaadjes worden opgepakt en geschud om overtollige druppeltjes van het stomen te verwijderen. Dit kan 30 tot 50 minuten duren. Dan volgt kaiten momi, waarbij de blaadjes die in een soort bal samenklitten heen en weer worden gerold over de hoirou. De celwanden breken nu zodat er meer aroma vrijkomt en het vocht wordt verspreid over het blad zodat de randen niet te droog worden. Naarmate het proces vordert wordt er meer druk uitgeoefend om nog meer vocht te doen verdwijnen. Dit duurt 40 tot 50 minuten. De bal wordt dan voorzichtig heen en weer gerold om hem in stukjes te doen vallen, tamahodoki of tamatoki, en dan weggenomen zodat ze kunnen drogen, nakaage. In dit laatste deel verdwijnt nog eens 50% van het vocht en het duurt 10 minuten. Al deze stappen kunnen redelijk goed worden nagebootst door machines maar de volgende stappen zijn essentieel en onderscheiden de vakman van de machine. Eerst begin men met momikiri, waarbij kleine hoeveelheden blaadjes tussen de handen worden gedrukt en gerold, een beetje zoals men de handen wrijft op een koude dag. Dit duurt een half uurtje en opnieuw zakt de vochtigheidsgraad van de blaadjes. De blaadjes worden nu langer en dengurimomi volgt, waarbij meer en meer blaadjes tegen elkaar gerold worden, en de kleur wordt nu donkergroen en de naaldjes vormen zich. Dit duurt 30 à 40 minuten en is belangrijk voor het aroma. De naaldvorming gaat dan verder in shiagemomi waarbij het volume nog verder zakt en kokurishiage zorgt dat de naaldjes in dezelfde richting komen te liggen en een uniform uitzicht krijgen. Dit duurt nog eens 20 tot 40 minuten. Kansou is de laatste stap waarbij de naaldjes gelijk worden uitgespreid op de nu minder hete hoirou zodat ze nog verder kunnen drogen. De methode kan wat verschillen van regio tot regio en wordt vandaag nog zelden toegepast omdat ze zo arbeidsintensief is, maar een Japanse theemaker die zijn stiel kent beheerst het. Temomi thee’s komen slechts uiterst zelden op de Europese markt terecht. In deze video kan je het proces meer van dichtbij bekijken:  https://youtu.be/V0Z2xCzJBVY


Tenbone

Japan. Bestaat uit de twijgen (lager dan de steeltjes) van de oogst voor het maken van Tencha. Samentrekking van tencha en hone, het Japanse woord voor been. Na roosteren maakt Obubu er deze thee mee, een beetje te vergelijken met de Antlers van Satemwa.


Tencha

Deze fijngehakte thee komt van dezelfde planten als die voor Gyokuru maar de bladeren zijn iets groter. Ze worden op dezelfde manier beschermd tegen zonlicht en op dezelfde manier gestoomd maar ze worden zonder rollen gedroogd en daarna in kleine stukjes gehakt. De thee bewaart nu goed, en kan worden vermalen in een stenen molen tot Matcha. Matcha bewaart echter niet lang en daarom wordt door de producenten geen Matcha verhandeld maar Tencha. In de traditionele theeceremonie is voor Tencha dan ook geen plaats, maar de pure en elegante smaken van Tencha maken dat hij vandaag ook zo wordt gedronken. Net als bij Gyokuro kan er maar één keer per jaar geoogst worden. 


Tenryû

Japan, streek in het westen van Shizuoka, langs de Tenryu rivier. Bergachtig. Veel oude cultivars en vooral met wat in de bergen weggestopte theetuinen omdat de Tenryu nogal eens buiten zijn oevers trad. Zeer interessante regio door zijn op grote hoogte weggestopte boerderijen die vaak organisch werken. Tenryu betekent ‘Celestial Dragon’. Mineraalrijke ondergrond.


Terai

Noord-Bengalen, Indië, ten westen van de rivier Teesta aan de voet van Darjeeling. Eerder bleke CTC, relatief veel body, met een rode schijn. Naarmate je dichter bij de Himalayas komt beginnen ze op Darjeeling te lijken.


Terroir

De theeplant groeit op hoogtes tussen de 125 en 2450m boven de zeespiegel, in subtropische zones waar het noch te droog noch te koud is. Rond de 2000 m zou de ideale hoogte zijn omwille van de koelere temperaturen en het minder sterke zonlicht. Idealiter is de bodem een met losse, tamelijk zure grond met een compostlaag, dikke kleilagen zijn ongeschikt omdat ze de wortel tegen houden die graag diep gaat (tot 6 meter). De plant houdt ook van hellingen die goed afwateren en grond die vochtig is maar niet doorweekt. 1500mm regen per jaar is noodzakelijk, maar ook een droge periode van 3 tot 4 maanden is essentieel. Mist beschermt zowel tegen de zon als dat het vocht aanvoert en is goed. In regio’s waar er te onregelmatig mist of wolken zijn worden bomen aangeplant wiens schaduw de plant beschermen. Minstens 5 uur per dag zonlicht is echter nodig, en lang avond licht (op hellingen) is goed. Minder zonlicht vertraagt de groei maar creëert ook meer aroma’s (berg-oolong’s zijn een goed voorbeeld). De combinatie van terroir en weersomstandigheden zorgt er ook voor dat thee van één theetuin niet elk jaar hetzelfde zal smaken. De héél grote bedrijven lossen dit op door te blenden omdat hun consument regelmaat verwacht. Steeds meer kleinere producenten beginnen echter gebruik te maken van deze verschillen om zich te differentiëren. Ook de planten rondom de theetuin kunnen smaken en aroma’s beïnvloeden. Een voorbeeld is de geur van bloesems van fruitbomen die naast of tussen de theeplanten aangeplant werden. Terroir is het belangrijkst bij Pu’Er en Oolong, waar de plaats waar geoogst werd een heel groot verschil in prijs kan maken, en de thee die werd gemaakt van wilde of verwilderde theebomen is heel sterk bepaald door zijn omgeving. Ook insecten kunnen een rol spelen door de afweermechanismen die ze in gang zetten en die de smaak van een blad veranderen. Terroir kan ook versterkend werken: een boer zal met veel meer zorgvuldigheid plukken wanneer de faam van het terroir hoge prijzen toelaat. 


Tetsubin

Ijzeren pot die in Japan gebruikt wordt om boven een vuur water op te warmen. Werd populair vanaf de 19de eeuw, eerst vooral in de Japanse steden, maar bestond al sinds de 18de eeuw. In het begin eerder beperkt tot de middenklasse maar al snel een deel van bijna elk huishouden. Sterk verbonden met sencha, en men heeft lang gevonden dat water dat gekookt werd in ijzer een betere smaak had dan water uit een klei-pot.


Tetsumi

Japan. Slaat op het plukken met de hand. Is zeer uitzonderlijk in Japan want meestal gebeurt het plukken machinaal. Wanneer er met de hand geplukt wordt is dat meestal voor wedstrijden en het gebeurt door familie, vrienden en zelfs klanten die een speciale relatie met het bedrijf hebben. De handgeplukte sencha of gyokuro van mei wordt beschouwd als een grote delicatessen.



TGFOP - Tippy Golden Flowery Orange Pekoe

Nog beter dan een GFOP omdat er nog meer gouden puntjes in voorkomen.


Theebloemen, Bloementhee

Ontstaan in Fujian, in China. Gedroogde White Silver Needle blaadjes worden rond een gedroogde bloem gebundeld en in een bolletje gedraaid. Bij het theezetten plooien de blaadjes open en laten de bloem zien die zich dan ook opent. Wordt gemaakt in een glazen theepot (78-80°C) en een bundel kan een paar keer worden hergebruikt. Het type bloem en de manier van schikken draagt bepaalde betekenissen.


Thailand

Goed voor 1.7% van de wereldproductie. Het oogstseizoen loopt van maart tot oktober. Bekendst voor zijn oolongs, maar ook zwarte en groene thee. Ontstaan in de jaren 60 toen Chinezen stekjes van Camellia sinensis overbrachten en aanplantten. Sinds dan plantte men vooral cultivars uit Taiwan aan omdat die het best bij de omstandigheden passen en het zijn deze die worden gebruikt voor de succesvolle export van oolong’s. De thee staat vooral in de noordelijke provincies van Chiang Mei (Doi Mae Salong) en Chiang Rai. De oolongs zijn meestal medium geoxideerd en worden gemaakt zoals in Taiwan, en ze worden beschreven als grassig met een notige en romige finish. De Chiang Mai provincie in het noorden zou echter ook één van de oorsprongsgebieden zijn van de assamica variant, die de Thai Miang noemen en die hier in het wild groeien. De groene thee uit Thailand komt zowel van de assamica als de sinensis variant en is uiteenlopend van kwaliteit en stijl, met de vroegst geplukte als de beste. In het district Mae Taeng staat nog Assam waarmee zowel een gewone als een CTC zwarte thee wordt gemaakt. Ze zijn vooral ok met melk.


Thea

In de ‘Species Plantorum’ van 1753 van Linnaeus wordt thee geklasseerd onder de genus Thea, met een onderscheid tussen Thea Bohea voor zwarte thee en Thea Viridis voor groene thee. In 1807 werden de twee samengevoegd tot de genus Thea sinensis en toen Robert Fortune na zijn reis door China in 1847 bevestigde dat het wel degelijk om dezelfde plant ging werd de nieuwe naam Thea (Camellia) sinensis. Pas in 1935 werd de naam officieel Camellia Sinensis.


Theanine

Ook bekend als L-theanine. Het is een aminozuur dat vooral in witte en groene thee voorkomt, en goed is voor 1 tot 4% van het drooggewicht van theeblaadjes. Het voegt een zoete umami-smaak toe aan thee. Het zou ook een kalmerend en relaxerend effect hebben, alhoewel dit voorlopig alleen bij muizen bewezen is. . 


Theebomen

Elke theestruik die niet langer wordt gesnoeid ontwikkelt zich in een theeboom. Dat kan het gevolg zijn van verwaarlozing, maar in Yunnan, Laos, Thailand, Vietnam en Myanmar staan theebomen die deel uitmaken van bossen en die natuurlijk gegroeid zijn. Alhoewel het plukken van deze thee moeilijk is kan het resultaat uitzonderlijk zijn, en er bestaan unieke ‘single tree’ thee’s die op een unieke manier hun karakter tonen. Deze thee’s zijn zeldzaam en zeer duur.


Thee planten

Terwijl het uitgekozen terrein wordt voorbereid door het een paar jaar aanplanten van gewassen die de grond verrijken en dan worden ondergeploegd, verblijven de theeplantjes minimaal een jaar in beschaduwde serres tot ze sterk genoeg zijn. De aanplant gebeurt in de koelere maanden wanneer er genoeg regen valt en de zon niet te erg steekt, in de hoop dat de plantjes tegen het zomerseizoen sterk genoeg zijn. De eerste drie jaar wordt er niet geplukt, maar de teler snoeit de plantjes wel zo dat ze genoeg zonlicht krijgen en de juiste vorm hebben voor de plukkers. Dit noemt men de plucking table. De theeplant wordt gemiddeld 50 tot 60 jaar oud gebruikt en dan gerooid wanneer zijn productiviteit afneemt. Op een goed geleid domein wordt elk jaar ongeveer 2% gerooid en vervangen. Sommige theeplanten halen de 100 jaar, en het karakter van een theetuin wordt mede bepaalt door de gemiddelde leeftijd van zijn aanplant.


Thee plukken

Er zijn drie manieren om thee te plukken: met de hand, met de schaar of machinaal, en het zijn de jongste blaadjes die het meest gewild zijn. Het plukken met de hand is het beste, maar uiteraard ook het duurste. Met de hand kunnen de blaadjes en botten niet alleen het zachtst worden geplukt, maar handen selecteren ook het beste, en ze laten toe om tegelijk ook beschadigingen en slapende botten te verwijderen wat de groei van de plant bevordert. In het seizoen moet de plukker elke zeven à tien dagen terugkeren. De keuze voor handpluk heeft te maken met de prijs die de thee kan opleveren, met de arbeidskost en de oogstomstandigheden. Op de steile hellingen van Kasjmir is machinaal oogsten onmogelijk, maar echt goed geplukte Darjeeling van topkwaliteit brengt ook vele malen meer op dan bijvoorbeeld een basisthee. Wanneer de productiviteit omhoog moet zonder de kwaliteit te zeer te beïnvloeden worden scharen gebruikt. 40% van alle thee ter wereld wordt vandaag echter geplukt met machines. Ze hebben voor- en nadelen. Uiteraard plukken ze alles, zonder op kwaliteit te letten, maar theetuinen die gemaakt zijn voor machinale pluk snoeien hun struiken zo dat ze dit risico zeer beperken, en ook de selectiemachines worden meer en meer performant. Op plaatsen waar lonen duur zijn en thee goedkoop zijn ze een logische economische oplossing. Ze hebben nog twee additionele voordelen: er zijn minder plukkers maar deze worden beter betaald, en door machinale pluk komt er geld vrij om betere cultivars aan te kopen of te investeren in de fabriek. Er zijn daarom geen redenen om automatisch een vooroordeel te hebben tegen machinale pluk, maar het blijft zo dat handpluk iets meer garanties geeft op kwaliteit, en de duurdere thee’s van deze wereld eisen dit ook. Japan is de grote uitzondering: de hoge lonen hebben de thee-industrie richting machinaal plukken gedreven, maar de Japanners hebben de techniek geperfectioneert. Bovendien snoeien ze hun theeplanten zo dat ze ideaal zijn voor de gebruikte machines.


The Tea Leaf Company

Associatie van kleine theeboeren die organisch werken in Darjeeling en Assam, maar die ook projecten ondersteunen rond wilde thee in Manipur en Arunachal. Elk lid moet tegemoet komen aan strikte kwaliteitsprincipes en afspraken rond organische landbouw, eerlijke prijzen en eerlijke lonen. Gesticht door Upamanyu Borkakoty begin 2015 na zijn bezoek aan Shanghai waar hij zag hoeveel men in China vroeg voor kwaliteitsthee’s en zich afvroeg waarom dit niet mogelijke was in Indië. Momenteel zijn er 3 leden in Assam, twee in Darjeeling, één in Sikkim, één in Nilgiris en één in Arunachal.  https://www.tealeaftheory.com/


Thés du Japon

Webwinkel van Florent Weugue, woonachtig in Japan sinds 2005, en sinds 2009 Nihon-cha thee-lesgever met diploma, als eerste Fransman. Startte in 2010 met zijn eigen webshop. Zeer interessante blog over Japanse thee. Het aanbod draait vooral rond kleinere, interessantere producers die mono-cultivar thee’s maken die sterk beïnvloed zijn door hun terroir. Zeer goede uitleg bij zijn producten. Zeer breed aanbod, ook van keramiek. Website The Gourmet Green Tea Shop | Thés du Japon (thes-du-japon.com)


Thieves Tea

Of Vengadi Pekoe. Sri Lanka. Vijzelthee uit de tijd dat de lokale bevolking geen thee mocht drinken. Werd illegaal geplukt, dan gevijzeld en dan gedroogd in de zon op het dak van de woning.


Thyolo

Malawi, ten zuiden van Blantyre. Eerste aanplant in 1908. Dieprode, sprankelend heldere infusies die perfect te blenden zijn met Ceylon of Assam en super reageren op melk, en zo de ideale breakfast tea maken. De laatste jaren bedreigd door droogte.


Thowra

Sterke, volle Assam uit het district Sivasagar.


Thurbo Tea Estate

Darjeeling, Mirik Valley. °1872. De naam komt misschien van het woord Tombu wat legerkamp betekent toen de Britten hier hun kamp opzetten in de invasie van Nepal. 485 ha thee en één van de grootste. 980 tot 2440m hoogte. Valt onder de Goodricke en Amgoorie Group. 


Tian Mu Qing Ding

De Tianmu berg (TianMu Sha) ligt in Lin’An, in Zhejiang, ten westen van Hangzhou, met een top op 1556 m. Met een koele en vaak mistige zomer en een redelijk warme winter is het klimaat goed voor thee, en de vruchtbare rode grond is eveneens erg geschikt. Een knop en één of twee blaadjes. Ook bekend als Tian Mu Yun Wu. Zou vooral een export-thee zijn.  Zetadvies, westers: 2.5 gram op 250ml, 75-85°C, 4 à 5 minuten. De interessantste resultaten krijg je vaak met een gaiwan.

Tianmu Qingding, Maison Vayez, Arras: 6.9 euro per 50g. Groene thee uit China, uit de regio rond de berg Tianmu. Ook Tianmu Yun Wu genoemd, of Heavenly Blue Peaks. Qing Ding zou betekenen “de beste blaadjes gesorteerd, of groene top (Green Summit), zowel verwijzend naar de kwaliteit als naar de plaats”. Bio. Bot met één of twee blaadjes, geplukt in maart (QingMing ?). fris en zacht, kan drie tot vijf maal gebruikt worden. Rode ondergrond, koele zomers, warme winters, hoogtes tussen de 300 en 1500 m. 4 november ’17: heel heldere, lichtgele kleur, erg mooi eigenlijk; iets van kastanje en zilt in de neus van de natte bladeren; ook in de mond hazelnoot en iets kruidigs… geen schreeuwertje, een heel elegante thee 😊😊😊

 

Tian Shan Lu

China. Nogal onbekende theesoort. Volgens één bron een groene thee uit Fujian, volgens een andere een thee uit de Tian Shan bergketen (onwaarschijnlijk).

Tian Shan Lu, Cha Hû Thé: 20 gram, 3.78 euro. 18.9 euro per 100 gram. Lente 2018. Restje. Nogal kleine gebroken blaadjes, grijsgroen met veel lichte deeltjes en een aroma dat doet denken aan sinaaszeste. De natte blaadjes zijn lang en smal, en er liggen een drietal bruine tussen. Erg apart aroma. In de mond startend met dat vreemde aroma, dan komt er zachte en toasty en een beetje zoete umami opzetten en de thee eindigt mooi en zacht met een erg lange afdronk. Dik mondgevoel. Heel apart, lekkere maar wat aparte groene thee.  😊😊😊(😊)

 

Tibet

De Tibetanen drinken een thee die gemaakt wordt met zwarte tegelthee en yak-melk en die bekend staat als po cha of bod ja. Deze thee wordt gemaakt door een stevige hoeveelheid verkruimelde tegelthee (fu of pu’erh) minstens een uur maar soms zelfs een halve dag te laten koken (Chaku). Dan wordt hij in een dongmo gegoten met zout, room, yak-boter (van de dri) en kokend water en gekarnd en geklopt tot hij romig, rijk en licht van kleur is. Daarna wordt de po cha in een ijzeren theepot gegoten en opgediend in aarden of houten kommen. Po cha is niet gemaakt om te nippen maar om door te drinken en de Tibetaanse nomaden drinken tot 40 koppen per dag. Nog in 1995 was de gemiddelde consumptie van thee er 11 kg per dag. Vaak wordt er ook nog tsampa (een poeder van geroosterd graan) aan toegevoegd. In Nepal, Bhutan en delen van West-China kent men dezelfde gewoonte. Voor de rest groeit thee maar moeilijk in Tibet en de meeste is voor de toeristen.                                                                                                                                                                                                                                                                                               

Tie Guan Yin

Ook bekend als Tieguanyin, Ti Kwan Yin, Tie Guanyin, TGY, Iron Buddha, Tea of the Iron Bodhisattva of Iron Goddess of Mercy, of thee van de Ijzeren Godin van de Genade. Naam van de thee maar ook van de cultivar waarmee hij gemaakt wordt. Een mooie Oolong uit Anxi, in de provincie Fujian, een regio met een nogal ruw landschap maar niet ver van de zee, en met unieke rode bodem. Oorspronkelijk kwam hij uit het dorp Xiping. Er zijn twee legendes die de naam uitleggen, maar de bekendste is die van de arme boer Wei. Hij kwam elke morgen voorbij een onderkomen tempel van Guanyin, de Bodhisattva van Medelijden, en hij begon de tempel twee keer per week te kuisen en er wierook aan te steken. Op een nacht verscheen Guanyin aan hem in een droom en ze vertelde hem dat er een schat achterin de tempel lag die hij moest delen met de andere omwonenden. De schat bleek de loot van een theeplant te zijn die zo’n lekkere thee opleverde dat hij scheutjes uitdeelde aan de andere dorpsbewoners, en hij doopte de thee om tot Thee van de Ijzeren Godin van Medelijden. De andere legende, die van Wang, gaat over een geleerde die de plant ontdekte onder een rots in zijn geboortestreek Guanyin, er thee mee maakte die hij serveerde aan de Qianling Keizer die hem zo apprecieerde dat de thee de naam van zijn vindplaats kreeg. Tie Guan Yin wordt op een speciale manier gemaakt, en de naam kan dus ook op de manier van bewerken slaan (en met andere cultivar’s gemaakt zijn). Afhankelijk van de oogstperiode en de manier en duur van roosteren veranderen smaak en kwaliteit en deze thee kan duur zijn. De beste oogstperiode’s zijn de lente en de herfst. Jade Tieguanyin wordt in de lente geoogst en is vaak erg floraal en fruitig. De tip wordt meestal niet mee geoogst omdat hij het bitterst is, alleen de blaadjes vlak onder de tip komen in aanmerking. Veel van die tips worden doorverkocht en komen terecht in zwarte thee. De cultivar zou ongeveer 200 jaar geleden ontdekt zijn. Hij is héél productief, met ovale blaadjes en de knoppen hebben een purperrode schijn en zijn zijdezacht en puntig. Hij is rijk aan voedingsstoffen en mineralen. Deze thee bestaat uit stevige gekrulde blaadjes die zich in het water ontvouwen tot groenbruine, gekartelde blaadjes. Hij bestaat in twee verschillende stijlen. De meest populaire is nu een licht geoxideerde, heel florale stijl (Qing Xian), maar traditionele TGY (Chuan Tong) werd veel sterker geroosterd. Wordt ook gemaakt in Taiwan, rond New Taipei in de Mucha regio waar het terroir lijkt op dat van Anxi, en daar voor het eerst aangeplant in 1875 zodat er nu mooie oude planten staan. Enorm succesvol, en daarom ook grote kwaliteitsverschillen, en heel veel TGY komt eigenlijk uit het aangrenzende Zhang Zhou waar grote theeplantages liggen. Veel TGY is ook gemaakt in de stijl van TGY en wordt gemaakt met Ben Shan, Mao Xie, Huang Dan of andere cultivars, of met blends van Guan Yin en andere. Dit is zelfs voor de gevorderde theedrinker amper te herkennen, en ook hier is het vertrouwen in je theeleverancier heel belangrijk. Uiteindelijk is het belangrijkste wat jij er zelf van vind, maar het is de moeite om er eens een tiental te proeven en zo de verschillen te ervaren. Topkwaliteit TGY is een heel aparte thee, maar de verschillen in herkomst, roostertijd, cultivar en oogstmoment leiden tot heel uiteenlopende proefervaringen, en de toppers hebben allemaal ook iets gemeen, iets dat guanyin yun genoemd wordt. Bekende Tie Guan Yin dorpen in het kerngebied (Inner Mountains) zijn Gan De, Chang Keng, Xiang Hua en Jian Dou, voor de Outer Mountains zijn dat Xi Ping, Long Juan, Da Ping, Jin Gu en Hu Tou. Gan De en Xiang Hua werken meer met de modernere stijl en Chang Keng en Xi Ping met de traditionelere en Zheng Chao stijl.  

De meest aangewezen manier van zetten is op zijn Westers, met 4 gram per 300ml, water rond de 95°C en een trektijd van 4 minuten, of op zijn Chinees, met een gaiwan, met 5 gram per 100ml, rond de 95°C, best kort gespoeld om de thee wakker te maken, met een eerste infusie van 30 seconden, een tweede van 25 seconden, een derde van 40 seconden, en dan 10 à 15 seconden erbij per infusie. Een echt goeie kan tot 7-8 infusies aan.   

Tie Guan Yin, Anxi, Fujian, TeaSenz: Theesommelier Kelly 13 november ’17, 95°C, 2 x 30 sec. Droog: groene opgerolde bolletjes, iets zilts in de neus. De infusie is lichtgeel met een groene schijn, met in de neus eerst iets zoets, en dan meer iets gekarameliseerd zoals een crème brûlée. Smaakt eerst vooral zoet, bij tweede brouwsel meer grassig. Rond en zacht mondgevoel. Nat: grote bladeren met een gekartelde rand en geoxideerd op de randjes. Aroma van groene bladgroenten. 😊😊😊

Tie Guan Yin, Indonesia, Dark Roasted: Cursus Theesommelier, Kelly, 13 november ’17. Gaiwan, 2 x 30 sec. Droog: bolletjes en steeltjes, diepbruin tot zwart en geurend naar het roosteren. Infusie is geel met een opvallende roze schijn, de tweede maal meer oranje-amber. Geur van herfstregen ! Eerste aroma’s heel complex, aroma van een maaltijd, vleugje peated whisky, tweede aroma is nog specialer, een zoete boom ? Vol en stevig mondgevoel. Natte blad is echt pikzwart en geurt naar bittere zwarte chocolade 😊😊😊

Tie Guan Yin, Nantou, Taiwan: Be your tea, proefpakket, 10 december ’17. Gemaakt van de Si Ji Chun varieteit, ook bekend als Four Seasons like Spring, een natuurlijke hybride die afstamt van de Tie Guan Yin uit Anxi. Emigranten namen hem mee naar Taiwan en verbouwen hem nu vooral in de Muzha regio. Donker geoxideerde oolong. Gemaakt door Mr Xie, derde generatie theeboer uit Mingjian. Kleine volumes, bio en handbewerkt. April 2016. Droog: in bolletjes gerolde, donkerbruine thee. Eerste infusie 30 sec, heel lichte kleur met een beetje een roze schijn; weinig aroma, weinig smaak, de natte bladeren geuren wel naar hout en fruit; tweede infusie 1 minuut: goudgeel, aroma van fruit en bloemen, in de mond heel duidelijk perzik op sap, met hele diepe zoete en zachte mooie afdronk; derde infusie, 1 minuut, iets dieper goudgeel, houtiger ; 21 januari ’18: westers gezet, twee minuten, 95°C. Goudgeel; een heel mooi en complex aroma, met fruit en specerijen; ook in de mond erg complex, een beetje zoet fruit met een kruidnagel- en zoethout-toets, zachte ronde vorm en een bijzonder lange afdronk; heerlijke thee 😊😊😊😊 

Tie Guan Yin, Monkey Picked, Imperial Tea: geroosterd op middelhoge temperaturen om het karakter te bewaren (Imperial Tea roostert meestal heter). Proefavond bij Stijn, juni ’18. 20 euro per 100gram. Blaadjes zijn erg donker en geuren en smaken eerder naar Da Hong Pao…wel een lekkere thee, maar atypisch 😊😊😊ITMA sommeliersopleiding, november 2018, 3 gram, 85°C, 140ml, 2mins, gaiwan. Opvallend donker gerold in vergelijking met andere. Infusie geurt als een zachte da Hong Pao. Tweede zetsel, heel complex, vriendelijk en interessant 😊😊😊(😊)

Tie Guan Yin, Dan-Dan: Dan-dan, gift in teapot, may 2019. 3.5 gram, 3 minuten, 95°C, 300ml.  Droog, groene bolletjes. Natte blaadjes ontrollen goed, donkergroen, gekartelde rand, redelijk groot. Ze ruiken heel floraal. De infusie is heel bleek jadegroen. Aroma opnieuw erg floraal en licht. In de mond floraal startend, dan een beetje boterig en notig, erg elegant. Beetje zoet ook. Tweede infusie is nog lekker maar vooral zoet. 😊😊😊

Tie Guan Yin, 2017, Hotsoup: Uit Zhang Zhou, Anxi, Fujian. Zhangzou ligt in het ZO van Fujian, tegen de Straat van Taiwan, en was lang een belangrijke haven voor de theehandel met Portugal en Spanje. Het kerngebied van TGY, Anxi, ligt in Quangzhou en niet in Zhangzhou, maar omdat de vraag naar TGY zo groot is komt veel TGY uit het nabijgelegen Zhangzhou waar de grootste theeplantages liggen. 19 maart ’20, 4 gram, gaiwan, 100ml, 95°C, 20 sec, na eerst te hebben gespoeld. Nat blad: mooie complexe smaak, wat boterig, maar doet ook denken aan de frisheid van witte bloemen in de buitenlucht. Kleur infusie: bleekgeel. Aroma infusie: mooi fris floraal aroma. Smaak: fijn en floraal, beetje boterig, mooi dik. 30 sec: Aroma licht boterig, wat grassig, ook nog wel wat bloemen maar nu verwelkte. Smaak: fijn en aangenaam, wat minder complex, beetje zoet nu, mooie frisse afdronk. 60 sec: Nat blad: iets fris floraal en wat citrus. Zeer mooi, quasi volledig blad, in perfecte staat, heel conform. Aroma: floraal, wat grassig. Smaak: beetje zoet, beetje dun, maar nog altijd erg aangenaam. Na een lange tijd geen TGY meer te hebben gedronken was dit een reuze meevaller, en met mijn nieuwsgierigheid gewekt besloot ik om al mijn TGY’s nog eens naast elkaar te proeven (Corona-tijd = thee-tijd). 😊😊😊😊

Tie Guan Yin 2019, Hotsoup: Oogst 2019. Proevertje. Uit Zhang Ping, in het Zuidwesten van Fujian in de prefectuur Longyan. 8.5 euro voor 50 gram. Gaiwan, 100ml, 4 gram, 20 sec, 95°C. Nat blad: een leuk aroma dat wat doet denken aan vers natgeregende bladeren en iets van citrus, lekker fris. De strogele infusie geurt naar verse bloemen, niet heel erg uitgesproken en eerder timide. Smaak: mooie brede en redelijk complexe smaak met bloemen, iets van citrus, iets vegetaals en nog iets… harsachtigs volgens de importeur (ik proef wat hij bedoelt).  Mooie structuur, mooie mineraliteit, mooie en lange afdronk met een stimorol-zoetje achteraan. 25 sec, 90°C. nat blad: blijft echt dat citrus toetsje hebben. Iets gelere infusie. Het aroma is wat flets ? De smaak is vol en zacht, nu met iets licht boterigs en nog steeds die hars, en een klein zoet tikje achteraan. 30 sec: nat blad, eigenlijk toch wel leuk, fris en groen. 95°C is echt beter voor deze. Fris-aangename geur voor de infusie. Zacht en nog lekker. 😊😊😊

Oolong Tie Guan Yin, Theeliefhebber: 8 euro per 100 gram. 7 april ’18: licht goudgeel infusie met een groene schijn; in de neus vechten een nogal grassig en een nogal boterig element met elkaar; ook in de mond is dat zo met een nogal agressieve vegetale toets in het begin, maar een boterige afdronk. 18 maart ’20: 4,5 gram, 20 sec, gaiwan, 95°C, 100ml: Nat blad: bloemen en licht gebrande boter; heel sterk verhakseld materiaal, enkele doorgeoxideerde bruine blaadjes. Kleur infusie bleekgeel. Aroma infusie: een nogal romige wat ééndimensionale geur. Smaak: erg kort, vooral licht gebrande boter, zoet in de finish. Eendimensionaal. 30 sec: Nat blad: iets intensere geur, interessanter ook, heeft iets elektrisch. Diep strogele infusie. Aroma is eendimensionaal, wat gesmolten licht gebrande boter. Zacht en rond en redelijk lang maar niet complex. Zat al een jaar in een container, misschien niet meer zo fris als in het begin. 😊😊(😊)

Superior Iron Goddess, Zheng Wei Tie Guan Yin, 2018, Mei Leaf: 40 gram, 14.95 pond. Gekocht mei 2019. Oogst oktober 2018, en dus een herfst-TGY. Chang Keng dorp in Fujian. 600m hoogte, tot derde en vierde blad. In de traditionele groene stijl die men Zheng Wei noemt. 20 sec, 6 gram, 100ml, gaiwan, 95°C: Nat blad: zeer bijzonder en erg complex aroma, gebakken spinazie of spinazie in puree. Infusie: strogeel; een heel bijzonder aroma dat inderdaad héél sterk doet denken aan aardappelpuree ! Smaak: erg bijzonder, opnieuw die aardappelpuree, maar ook de spinazie, duidelijke zoet toetsje ook, evoluerend naar iets boterig (botermelk ! inderdaad); heel complexe smaakevolutie, heel mooi, indrukwekkend. 25 sec: Nat blad: iets meer versmolten, maar echt puree met een bladgroente erdoor. Infusie: ook hier nog steeds die puree, maar zeker na walsen komt ook de bladspinazie (met wat nootmuskaat !). Mond: echt een dikke thee, mooi rond, boterig, ook maar echt ook weer die twee: spinazie nen puree; redelijk lang ook. 30 sec: Een intrigerende geur die nu ook gewoon doet denken aan nat blad na de regen. In de mond wordt de thee zoeter maar ontwikkelt hij ook een klein bitter toetsje. 50 sec: Zoet aroma van bloemen, deed wat denken aan eikgerijpte wijn (chardonay). Redelijk grote en intacte blaadjes. 😊😊😊😊

Superior Iron Goddess Zhen Wei TGY 2020, Mei Leaf: 15 gram (Oolong headliners packet). 13.95£ voor 40 gram. 3 tot 6 mei 2020. Xiang Hua dorp, Anxi. 800m hoogte. Qing Xian stijl. Guan Yin cultivar. 6 gram, 25 sec, gongfu. 18 augustus 2021, 6 gram, 100ml, 25 sec, 99°C. Nat blad geurt naar bloemen met verse kruiden, heel verfrissend, maar ook bedwelmend en rijk met toetsen van gezouten boter. In de mond romig en fris, lelies en appeltjes. Verrassend, eerst eerder simpel maar dan complexer en complexer tot in de afdronk. Tweede zetsel aan 30 seconden geeft dezelfde aroma’s, maar in de mond is de thee nu strakker. Erg lekker en fris.   25 september ’21, 6 gram, 100ml, 25 sec, 95°C. Echt stevig aroma bij het zetten. Heerlijke geuren voor het natte blad, heel complex en rijk. Boter, bloemen, keukengeur (verse kruiden). Mooi diepgeel. Zoet, rijk, fris toetsje, beetje romig. Dik. Tweede zetsel, 30 sec: nat blad nog intenser en nu veel kruidiger, echt gezouten boter gesmolten. In de mond strakker en minder duidelijk in de eerste indruk, maar met een lange rijke afdronk. Rijk en romig. Derde zetsel, 35 sec: nog romiger voor het natte blad. Strak, een beetje astringent nu zelfs. 😊😊😊😊

Sour Sap ‘Tuo San’ Tie Guan Yin, 2018: gekocht mei 2019. Sample van 8 gram, 2.3 pond. Gemaakt in opdracht van Meileaf met de Tuo Suan methode waarbij de blaadjes twee dagen op elkaar gestapeld worden om te verwelken zonder ze aan te raken. Hierdoor ontstaan toetsen van zurigheid en onrijp fruit die Meileaf zoekt. Afkomstig van Gan De. 1200m hoogte, april 2018. Pluk tot derde of zelfs vierde blad. 100ml, gaiwan, 4 gram, 20 sec, 95°C, rinsed. Nat blad: ongelooflijk complexe en interessante aroma’s, ik kan het alleen vergelijken met grote gerijpte wijnen. Yoghurt, al wat aangebakken boter. Strogele infusie. Aardige neus en mond, maar nogal timide. Bloesems, verse boter. Smaak: zacht, maar interessant, geen klassieke TGY. Boter, een zoetje, iets van fruit. Mooi. 25 sec: Nat blad ruikt zelfs nog beter en voluptueuzer, iets frisser misschien, zéér mooi. Hetzelfde aroma zit nu ook helemaal in de infusie. Zwarte boter, bloemen en (heel goed gezien van de Mei leaf proevers) inderdaad schel van rode meloen. Fluweelzachte mond, heel breed, zeer mooi zoetje, lang en een prachtig retronasaal effect. 30 sec: mooi goudgele infusie. Nat blad, nog steeds mooi maar vegetaler. Mooi groot blad, sommige blaadjes zijn geoxideerd. Smaak is nog altijd erg lekker, zelfde boterige (zwarte) grondtoon, lekker lang en zacht. 60 sec: nat blad: aroma van gummibeertjes ! erg aangenaam en zacht aroma voor de infusie. Vijfde infusie: niets meer. 😊😊😊😊

Shifu’s Pudding, Chuan Tong Tie Guan Yin, 2018: pakje van 35g, 22.95 pond. Traditioneel gemaakte TGY met lange oxidatie en veel steeltjes. De Chuan Tong slaat op de lange oxidatie en niet op extra roosteren zoals bij veel producenten. Duur en erg zeldzaam geworden omdat de lichtere beter verkoopt en meer in de mode is. Geplukt mei 2018. Tot derde en zelfs vierde blad, grotendeels gerold, veel steeltjes. Uit Xiang Hua, Anxi, Fujian. Droog: veel losse steeltjes, mooie groene blaadjes opgerold aan hun steeltje, geur van droge graankoekjes. 20 sec, 98°C, 100ml, gaiwan, 6 gram. Gespoeld. Nat blad: boterkoekjes en cake. Heel mooi aroma voor de infusie, honing, specerijen, boter. Licht oranje. Heel zacht mondgevoel. Heel lange afdronk, heftiger dan de eerste smaak zelf die eerder dun is en wat tegenvalt, maar de afdronk is majestueus. Kan het begin niet plaatsen maar in de afdronk komt heel lekkere jam met wat room naar voor. Tweede zetsel, 25 seconden, een veel rijpere dikke geur voor de blaadjes (in het eerste zetsel zat een zurig tikje). Honing en boter en kaneel voor de nu echt oranje infusie. Ook in de mond start de thee nu onmiddellijk met die romige honing en fruit, en de afdronk ligt nu in lijn van de start, maar is heel lang, hij duikt even weg in het midden en komt dan terug om minutenlang te blijven. Schitterende afdronk. Lichte astringentie. Derde zetsel, 30 sec: het nat blad geurt nu ongelooflijk lekker, met kaneel, fruit, honing, een heel complexe geur, nog veel beter dan de eerste twee. De infusie is nu heel warm en omhullend, gezellig ! en cosy ! in de mond heel klein beetje dunner maar nog steeds lang, in een iets complexere maar minder hevige stijl. Mooie echo nu, na een paar seconden toen de afdronk verdwenen was kwam de smaak terug naar boven en bleef opnieuw lang hangen, nu met heel duidelijke abrikoos en witte kaas. Vierde zetsel, 35 sec: warm, gezellig aroma maar met een beetje meer afstand, iets minder dik. De infusie verliest wat complexiteit en is nu ‘gewoon’ lekker. De mond is ook een beetje dunner, minder spectaculair maar nog altijd zeer lekker, nu met een meer apart staand zoetje, en nog steeds een afdronk die wat blijft hangen. 21 maart ’20, 6 gram, gaiwan, 100ml, 98°C, 20 sec: cake, boter, vanille in een prachtige complexe versmoltenheid. Strogele infusie. Aroma en smaak vallen wat tegen. 30 sec: zeer mooie complexiteit voor het nat blad, echt schitterend, eikgerijpte witte wijn op leeftijd (oxidatie). Ook voor de infusie een erg mooi aroma, room, vanille. In de mond zacht en lang, romig, breed openwaaierend. 13 april ’20, 25 sec, 98°C, 100ml, gaiwan, 6 gram, rinsed: nat blad, een prachtig complex aroma, niet floraal, wel dessertgeur met room, honing, jam. Tamelijk donkergele infusie. Rijk aroma voor de infusie, geen bloemen, wel room cake. De smaak verwijst naar crème fraîche en fruit te samen, zoals op een scone. Mooi zacht mondgevoel. Mooie afdronk ! Tweede zetsel, 25 sec: aroma verwijst nog meer naar abrikozenjam en iets romigs, inderdaad als een pudding. Derde zetsel, 30 sec: prachtig aroma, warm en omhullend. Room en jam blijven stevig overeind, er valt nu wel een beetje astringentie op (van de steeltjes ?).  😊😊😊😊  

Frog Legs Tie Guan Yin, 2018, Hotsoup: 16.95 euro voor 50 gram. Anxi Tie Guan Yin, oogst voorjaar 2018, afkomstig uit Chang Ta village, Long Juan county, inner Anxi https://www.youtube.com/watch?v=31OYJZnXaoI . Deze traditionele Tie Guan Yin is onder kenners zeer gewaardeerd en is gemaakt van de originele 'red heart' Hong Xin cultivar. Hij is gekenmerkt door de rode schijn die de jongste blaadjes hebben en groeit gewoonlijk op grotere hoogte omdat hij beter tegen een koel klimaat kan. Hij wordt beschouwd als hoger van kwaliteit dan de Lu Xin ‘Green Heart’. De thee is met de hand geplukt en is langer geoxideerd en geroosterd dan de moderne lichtere stijl Tie Guan Yins. De vorm lijkt op de poot van een kikker, en is meer half open. 20 maart ’20, 4 gram, 100ml, 95°C, gaiwan, 20 sec: Nat blad: erg mooi en warm aroma, koekjes, ‘zwaar’ bloemenparfum, mooie versmoltenheid. Kleur infusie: mooi goudgeel, diep, lichtbruine schijn. Aroma infusie: roosteraroma’s maar lekkere, gebrande noot. Smaak: erg lang en zeer breed, mooi. Warm steenfruit. Erg aangenaam. 25 sec: warme en geparfumeerda aroma’s voor het nat blad. Kleur infusie donkergeel. Aroma: zéér mooi, heel warm en breed, heel mooie bloemenaroma’s. Smaak: zacht en een beetje zoet, heel breed en héél lang. Mooi retronasaal, mooie echo ! 35 sec: nog altijd een mooi floraal aroma. En een mooi smakelijk mondgevoel (met een klein bittertje). De natte blaadjes die eerst donkerbruin waren worden nu een heel mooi diep groen. 😊😊😊😊

Anxi Tie Guan Yin, Ancient Taste, Hotsoup:Oogst voorjaar 2018. Chang Ta Village, Log Juan County, binnenland Anxi. Traditionele ‘ongerolde’ Chuan Tong Tie Guan Yin (dus niet op een balletje gerold zoals de meeste TGY). Chuan Tong wordt ook vaker opgeschud dan de modernere en is dus meer geoxideerd. Hong Xin (Red Heart) cultivar. Met de hand geplukt en langer geoxideerd en geroosterd dan de lichtere modernere TGY. 11 juli aan zee, op het strand, met een klein yixing potje. 80°C. 20 seconden. Zeer zachte complexe en fascinerende thee met een heel warm karakter, heel goed gemaakt. Een toppertje. 12 juli ’19: de droge blaadjes geuren wat naar chocoladetruffel en amandel. De natte blaadjes geuren heel mooi, erg intens en tegelijk zijdezacht, heel beschaafd, echt klasse. De infusie heeft dezelfde aimabale geur (hout, rooster, tikje berghoning).In de mond nog een tikje terughoudend, niet erg open. Tweede zetsel, 25 seconden: het aroma van de blaadjes is intenser en complexer en inderdaad iets van orchidee, iets erg speciaals verstopt onderaan in de geur, heel apart, een beetje mysterieus zelfs. Ook de infusie geurt veel duidelijker. Perfect met het tweede zetsel (gisteren in de yixing ook). Mooi korrelig mondgevoel, fluwelig, mooi evenwichtige smaak, lekker lang. 3de zetsel, 30 sec: iets vlakker, wel nog ok. Vierde zetsel: er zit wat fraîcheur in de geur van de blaadjes, meer het florale, de roostergeur verdwijnt wat. Ook de infusie gaat daar wat meer naar toe, chocolade en karamel ook, minder rooster. Lichte leuke mond nu. 27 oktober ’19, ambient brew, 1 uur, 3 gram. Eerst gespoeld met kokend water. Erg mooie gouden kleur. Heel mooi, wat rokerig aroma dat doet denken aan het bos…in de herfst. Erg zacht, eerst opnieuw met die herfst maar complexer en complexer worden en eindigend met een heel brede en volle finish die dan langzaam wegdeemstert. 😊😊😊😊 21 maart ’20, 4 gram, gaiwan, 95°C, 20 sec, 100ml: Nat blad: roostertonen, iets aards, kersen. Kleur infusie: donkergeel. Smaak en aroma niet heel uitgesproken. 30 sec: aroma is interessant maar blijft wat timide. Dikke mond maar met nogal wat fraîcheur, echte zuurtjes, wel redelijk lang en met een aangename smaak. Is al wat aan het verliezen (of houdt niet van de gaiwan).

Qing Xiang ‘Clear Fragrance’ Tie Guan Yin, Siam Tees: 5 gram. Licht geoxideerd. Zeer licht geroosterd. Dongquin familie in Anxi. A kwaliteit, van de jongste blaadjes (niet de tip die bitter is) van al iets oudere qinxiang struiken (Chunxiang komt van de jongste struiken). 5 gram, 100ml, gaiwan, 45 sec, 95°C. Droog: erg mooie groene opgerolde blaadjes. Zeer mooi, complex aroma van groene asperges en licht gebrande boter; Bleek strogele infusie. Erg lekker geurend, ook hier die asperge. Dezelfde smaak opent de bijzonder zachte mond, romig en een beetje zoet. Bijzonder aangenaam. Zeer mooie, lang afdronk. Tweede zetsel, 45 sec: idem, maar de natte blaadjes lijken nog iets meer diepgang te hebben, nog wat complexer (aardappel?) en ook veel floraler. Helder geel met een jadegroene inslag. Intense, meer eentonige mond, iets minder zoet. Derde zetsel, 50 sec: nat blad blijft mooi, iets minder complex, vegetaler, een mooi duidelijk aroma voor de infusie, en de soep is opnieuw zoeter, met een mooie afdronk. 55 sec, vierde zetsel: mooi floraal aroma blijft, zowel bij nat blad als infusie. In de mond zoet, iets minder smaken, wel nog dat florale, en door het zoete nog steeds erg lekker. Vijfde zetsel: nog altijd een lekkere en smakelijke thee. 😊😊😊😊

Chunxiang Tie Guan Yin, Siam Tees: 25 gram, 8.9 euro. Zeer licht geoxideerd, zeer licht geroosterd. Dongquin familie in Anxi, hun hoogste (A+) kwaliteit van erg jonge planten (elke 7 à 9 jaar worden ze gerooid). 1 juli 2020, 5 gram, gaiwan, 40 sec, 95°C: Nat blad: een heel fijn aroma dat ik niet kan thuisbrengen: doet zeker wat aan koekjes denken maar dan gemengd met bloemen, heel complex en fijn. Strogeel. Bijzonder floraal aroma, erg intens en fijn en zeer apart. In de mond heel evenwichtig, diepe smaak, maar minder complex dan de chinxiang. Erg lange finish met een zoetje dat helemaal aan het einde opduikt. 40 sec: erg fijne neus, in het register van frangipane maar ook met die bloemen. Mooi Zoetje vanaf het begin. Mooie strakke floraliteit met een mooie complexiteit, en opnieuw een erg lange afdronk. 45 sec : een klein bittertje komt erbij, maar blijft lekker zoet. Nogal vegetaal dit zetsel. 50 sec : het vet is van de soep. 4 juli, 95°C, gaiwan, 5 gram, 45 sec: koekjes voor het natte blad, maar alleen in het begin dan nam de geur van nat blad na een regenbui het over (alhoewel er links en rechts nog een koekje ligt). Mooie en complexe neus, bloemen en natte tuin. In de mond zacht en fijn, mooie intensiteit die heel lang blijft hangen en heel constant is. Erg lange fijne afdronk. Tweede zetsel: iets ronder aroma, wat frangipane, iets zoeter en korreliger in de mond. Klein bittertje. Derde zetsel, 50 sec:  mooi nat blad maar kleiner dan bij de qingxiang. Fijne aroma’s, nu iets minder voor het natte blad, maar heel knap voor de infusie: complex en fijn. Ook in de mond nu het fijnst met een mooi volume. Vierde zetsel: licht nu, wat bloemig, zoet. 😊😊😊 advent 24 december 2020, 1 min, 100ml, gaiwan, 5 ram. Nat blad: tuin na een regenbui komt ook nu weer sterk naar voor in het natte blad, dekseltje is eerder floraal en geparfumeerd. In ieder geval eg intens en zeer complex. Strogeel. Het aroma van de infusie is fijner en eleganter. Zachte en eg bescheiden mond, vlaagjes frangipane. Tweede zetsel, 60 sec: intens en zoet aroma, dat zowel frangipane-achtige toetsen als iets heel verfrissends brengt. Aroma in het glas is nu helemaal opengebloeid, heel floraal en fris, heel complex. Kan de mond vandaag niet zo goed plaatsen. Eerder fris en nogal complex, maar veel meer de bloemen en natte bladeren, zonder de frangipane. Derde zetsel, 45 sec: nat blad nu met een héél zoet aroma. De neus is friszoet, bloemen en natgeregende kruiden. Mond nu wat strakker.

Tie Guan Yin A, 2019, Hotsoup: 18.5 euro voor 100 gram. Proefje. 2019. Zhang Ping, Fujian. 8 mei ’21, 95°C, 7 gram, gaiwan, 100ml. Gespoeld. Eerste zetsel, 10 seconden: het natte blad heeft iets fris vegetaals en licht boterig. Zachte en florale smaak, met dat florale ook in de afdronk. Tweede zetsel, 20 seconden: boter komt meer door in de neus en ook de smaak is veel ronder en boteriger nu. Derde zetsel, 25 seconden: het boterige is bijna volledig weg, nu vooral floraal. Ok theetje. 😊😊😊

Tie Guan Yin Tanbei, 2019, Le Cha-Hû-Thé: Cha Hû-Thé, juni 2021. Dadi, Anxi, Fujian. Herfstpluk. Gaiwan, 95°C. Ongeveer 6 gram. Van Katrin Rougeventre. Op houtskool geroosterd.  4,5 euro. 1 augustus ’21, 95°C, 100ml gaiwan, 30 sec, 6 gram. Mooie opgerolde blaadjes, half geoxideerd lijkt het. Het natte blad geurt heel aangenaam, complex zelfs, met zeer mooie roostertonen bovenop iets erg lekkers. Eerst even die roostertonen maar dan snel ook iets anders, mooi complex, iets van zomerfruit als meloen ? Tweede zetsel, 35 sec: knap. Iets zoets in de neus, in de mond iets strakker ? Mooie afdronk, maar ook iets bitters. Enorm lange afdronk. 40 sec, derde zetsel: nog altijd iets zoets in de neus, iets karamel-achtig. Nog altijd leuke smaak en mooie afdronk. Erg overweldigend en heel lange afdronk, maar iets stoorde me wat... 😊😊😊(😊)

Tie Guan Yin Kugua, Le Cha-Hû-Thé: Cha Hû-Thé, juni 2021. Dadi, Anxi, Fujian. Gaiwan, 95°C, 4-5 min klassiek, 15 sec+5 gongfu.  Ongeveer 7 gram.  2.8 euro. Import Katrin Rougeventre. 10 augustus ’21, 95°C, Gaiwan, 25 à 30 seconden.  Nogal donker met een bruine schil errond. Gespoeld. Getoast wit brood plus iets redelijks scherps voor het nat blad. Infusie geurt dan weer veel fruitiger (fruitkraam op de markt in de zomer). De smaak brengt iets van herfstpaddestoel. Zoete inslag (bruine suiker?). Licht qua body en afdronk (die wel zoet is). Tweede zetsel: brood en licht gebrande bruine suiker. Donkerder, bruin als een lichte koffie. Strak en tegelijk zoet. Meer body nu. Leuk maar eendimensionaal, wel een leuke verandering in de finish met iets fris fruitigs. Derde en vierde zetsel, 60 sec: blijft wat hetzelfde, zoet, maar weinig speciaals. 😊😊😊

Jinxi Tie Guan Yin, Grand Cru, Palais des Thés: Matig geoxideerd, lichte rooster. Goed tot juni 2022. 90°C. 5 min. 30 à 40 sec in de gaiwan. 8 januari 2022, 5 gram, gaiwan, 90°C, 30 sec: droog: wat aparte, houtachtige geur met wat citrus. Opgerolde blaadjes in verschillende tinten. Nat blad, floraal, fris, maar met een roostertoon. Licht goudgeel. Start zoet en vooral floraal maar heeft dan een evolutie richting fruit en met zoete honingachtige finish en afdronk (die echt wel lekker is). Ergens tussenin komt ook die roostertoon terug maar hij blijft niet. Tweede zetsel, 30 sec: bij het natte blad valt de roostertoon nu meer op. Zoet start veel vroeger, floraal en die honingachtige finish komt veel later. Derde zetsel, 40 sec: nat blad, veel minder rooster (bijna weg), een vegetaal element nu. Nog wat zoeter in de attaque, de roostertoon is weg, en het zoete honing- en perzikachtige start bijna onmiddellijk. Lekkerste zetsel… Vierde zetsel, 50 sec: nat blad is vegetaal en het roostertje is weer terug. Zoet, en best nog lekker. 😊😊😊 Niet verkeerd, maar het rosteren draagt niks bij (of verstopt het iets ?)

 

 

 

Tie Luo Han

Of Iron Monk. Oolong-rotsthee uit de Wuyi bergen, en één van de vier Si Da Min Cong varieteiten. Zou al teruggaan tot de Song dynastie toen de struik ontdekt zou zijn in de Nei Gui Dong (Ghost Cave) grot in Hui Yan Keng, en het is de oudste van de vier. De struik zou op een wilg lijken en de blaadjes zijn ongeplukt dik en glanzend. Ze staan op een lange, smalle richel naast een ravijn, met rotsen aan beide kanten. De blaadjes zijn ellipsvormig als DHP maar wat smaller en langer. Tie Luo Han bestaat bijna volledig uit knop omdat de plant ze in grote hoeveelheid voortbrengt. De thee is meestal floraal en fruitiger en zoeter dan de andere drie, met een al dan niet sterke roostersmaak afhankelijk van de behandeling. De geur en smaak van geroosterde bamboe wordt al eens vermeld.

Tie Luo Han, Thee van Sander: uit de kennismakingsset. 3 februari ’19, rond 12 uur, gaiwan, 95°C, 4 gram, gespoeld, dan 20 seconden: heel mooi en interessant aroma vanuit het deksel, het geroosterde is er maar domineert niet, wel een mooie complexe toets van honing en fruit; ook de infusie is verre van alleen rooster, is zelfs lekker fris. Mooie lange nasmaak. Tweede zetsel, 25 seconden: krijg nu meer rooster en minder lagen, in de mond zachter en minder uitgesproken maar nog steeds lekker. Derde zetsel, 30 seconden: zacht en aangenaam 😊😊😊(😊)



Tinderet

Kenya. Nandi. Stijl van high-grown West-Ceylon. Ook bekend voor zijn uitstekende groene thee, redelijk uitzonderlijk in Kenya.


Tocha

Tijdens Tocha wedstrijden was het de bedoeling dat de deelnemers de thee die van Kyoto kwam, de honcha, konden onderscheiden van hicha, de thee uit andere regio’s. Het idee kwam uit China en werd populair tijdens de Muromachi-periode die liep van 1136 tot 1573. De meest populaire vorm was die met de tien koppen waarbij de deelnemers van drie soorten thee telkens drie koppen mochten proeven, en van één soort maar één kop. Degene die de meeste thee’s kon identifieren won. Het gebruik was immens populair maar was vaak de aanleiding voor verspilling, extravagante cadeau’s voor de winnaars, en competities die vijftig en soms zelfs 100 koppen thee te proeven gaven. De prijzen werden vaak aan favorieten tempeldames gegeven en waren al snel luidruchtige en losbandige gelegenheden, niet in het minst omdat de deelnemers aardig teadrunk werden. De geserveerde thee was van het matcha-type. 


Tocklai Tea Research Institute

Jorhat, Assam, Indië. Vroeger onder de naam Tocklai Experimental Station. °1911 door de thee-industrie met steun van de federale en regionale regeringen. Hier wordt geëxperimenteerd met teeltmethodes en nieuwe cultivars die dan over alle theegebieden in Indië worden verspreid. Hier ontstond onder meer AV2, een vandaag zeer populaire cultivar.


Togano’o

Japan. Ook bekend als Toganoo-san. Thuis van de Kozan-ji tempel en één van de plaatsen waar begin 13de eeuw de eerste theezaden werden geplant die de monnik Eisai had meegebracht uit China. De aanplant werd snel uitgebreid naar andere plaatsen als Uji, maar op een bepaald moment begon men een onderscheid te maken tussen ‘echte’ thee en ‘niet-echte’ thee, waarbij de eerste uit Togano’o kwam. De reden hiervoor was dat de bladeren die in Toganoo werden geoogst dunner en zoeter waren dan die van theestruiken in vlakkere gebieden, en door de edelieden werden echte blindproefwedstrijden gehouden om te herkennen waar de thee vandaan kwam. Toen men er in Uji achter kwam dat het grote kwaliteitsverschil te wijten was aan de schaduw van de bomen in de bergen en de reactie van de plant op het gebrek aan daglicht begon men ook beneden met het beschaduwen van theeplanten, en zo ontstond gyokuro.


Tole

Theeregio in Kameroen. In deze regio werd er in 1914 voor de eerste maal in Kameroen thee aangeplant door Duitse boeren. Het ligt ongeveer 670m boven zeeniveau, met een hoge vochtigheidsgraad en temperaturen tussen de 18 en 28°C. De plantages liggen op de helling van de Camerun, een actieve vulkaan, in het zuidwesten van het land.


Tong Mu

Dorp in de Wuyi bergen. Geborteplaats van Lapsang Souchong en Jin Jun Mei. 455 ha verdeeld over een dikke 300 theeboeren. 243 ha Xiao Cia Cha, 210ha Shui Xian en 2ha Rou Gui. Hier worden prachtige en soms erg dure zwarte thee’s gemaakt.


Tong Tian Xian

China. Eén van de 50 Fenghuang Dancong cultivars. Betekent Hemelse Geur.


Tosa Bancha

Japan. Soort bancha van in de wok gevuurde herfstoogst geblend met kishimame, een kruid dat een natuurlijke zoete toets toevoegt.



Tra

Vietnamees woord voor thee. Wordt ongeveer uitgesproken als Cha.


Travancore

Indië. 14000 ha thee op 750 tot 1350m hoogte. Thee startte hier pas in 1875 toen de koffieplantages werden verwoest door ziektes. Lijkt op de thee uit Sri Lanka of Noord-India.


TRES#18 Red Jade

Cultivar uit Taiwan. Red Jade is ook bekend als Hong Yu. TRES staat voor het Taiwan Research and Extension Station, en dit is varieteit (cultivar) #18 die hier ontwikkeld. Dit is een opmerkelijke theesoort omdat één van de ouders de wilde Camellia Formonensis is, de theestruik die wild voorkomt op Taiwan. Red Jade werd in 1999 ontwikkeld in Nantou door de Camellia Formonensis te kruisen met een Sinensis uit Burma. Het was vooral rond Yuchi dat kleine boeren begonnen te spelen met de variant die vanaf het begin bestemd was voor zwarte thee. In Taiwan wordt hij op de traditionele manier gezet, met veel thee en korte infusies, maar hij is op zijn westers ook zeer goed. Men noemt deze thee ook de Fragrance of Taiwan omdat hij zo speciaal is en alleen hier gemaakt wordt. Het aroma is bijna altijd erg complex, met specerijen en fruit. De beste zou in september geplukt worden, en de manier van behandelen is erg belangrijk om de kwaliteiten duidelijk te laten uitkomen.

Shou Mei White Tea Red Jade: Sample opgestuurd door Inge, februari ’19. Uit Taiwan, Uit Baguashan in Nantou County, met de hand geplukt en bewerkt, met de cultivar Hong Yu TTRES N°18 uit een theetuin op 300m hoogte. Dezelfde cultivar wordt gebruikt voor de Red Jade zwarte thee. Heel zorgvuldig en volledig met de hand gemaakt. Ze worden heel zorgvuldig uitgespreid om te verwelken, met de hand opgeschud om een heel lichte oxidatie te starten en gedroogd om de voortkomende aroma’s te bewaren. De koele aroma’s van eucalyptus, kaneel en kamfer zitten in de neus, en de infusie is zoet en zijdezacht, een beetje als een Chinese Shou Mei. 23 februari ’19: 20 seconden, gaiwan, 4 gram, 90°C. wonderlijk complexe, heel sterke aroma’s voor de natte bladeren. De kleur van de infusie is heel intens geel, richting gesmolten boter, en het aroma is heel sterk en bijzonder lekker en exotisch (eucalyptus en nog veel andere, en bijzonder complex). De mond is zoet en zeer zacht, maar met een fijn puntje dat de thee heel interessant houdt, en een hele mooie lange afdronk. De mooie zoete toets lijkt wat op die van menthol-kauwgom. Tweede infusie, 25 secs: donkerder gele infusie. Geroosterde noten, iets toffee-achtig, heel intens en complex, in de mond ook met iets van citrus, heel rijpe zoete citroenen recht uit Turkije of Malta (in de zomer). Derde infusie, 30 secs: het aroma lijkt wat zoeter te worden, en er komt inderdaad kaneel door. Klein tikje astringentie. De zoete toets in de mond verwijst wat naar de rode thee. Vierde infusie: 40 secs: iets vlakker in de mond, maar het aroma verwijst nu naar brioche, heel “Franse keuken”, en in de mond nu zijdezacht maar met structuur, nog steeds heel erg lekker. Vijfde infusie: 45 secs: nog steeds aangenaam, maar het beste is nu voorbij, alhoewel de thee nu heel fijn en vriendelijk geworden is en nog steeds heel lang… Zesde infusie, 1 minuut: still going strong, niet meer complex maar nog altijd lekker met vooral die kaneel ! 😊😊😊😊

Gaba Red Jade Hong Yu, Nantou, Taiwan, 2019: Ming Jian, Nantou, Taiwan. Ruby 18 cultivar. Pluk April 2019, met de hand.  Sample (14.14 euro voor 50 gram). Langzaam (8 uur) geoxideerd in een stikstofrijke omgeving van meer dan 40°C. Erg populair in Japan bij oudere mensen. 29 februari ’20: strak gerolde bolletjes. 2 min, 90°C, 2 gram, 200ml. De droge blaadjes geuren zeer lekker, heel verfrissend en uniek. Schitterend gele infusie. Uniek smaakpatroon, moeilijk te plaatsen maar zeer zacht, iets van toast met boter en munt in de finish. De start doet denken aan van die botersaus die je bij vis geeft met wat peterselie, achteraan komt de frisse munt. Heel vol en ik begrijp de verwijzing naar fruitmoes ook wel, koud fruitmoes dan. Tweede zetsel: iets minder uitgesproken maar nog altijd erg lekker, met meer plaats voor de munt. In die fruitpap zit wat banaan… 😊😊😊😊(😊)

Ruby Red, Sun Moon Lake, Global Tea Hut: Gemaakt met Taiwan N°18 ‘Ruby Red’. Geleverd door mr Su, net zoals de Elevation. Theetuin op 800m hoogte.  21 maart ’20, 4,2 gram, 100ml, 30 sec, 95°C. Groot donker blad. Nat blad: prachtig aroma van chocolade, fruit en specerijen. De infusie is oranjerood. Het aroma van de infusie ligt heel dicht bij dat van het natte blad (en dat is vaak niet het geval), heel zuiver en mooi, heel fruitig. Ook de smaak is helemaal in dezelfde lijn, met die chocolade en fruit. Heel mooi, erg lekker. Zeer lange afdronk. Geen enorme complexiteit, maar een lekkere thee. 😊😊😊  40 sec: heel stevig, heel speciaal aroma voor het natte blad, een product uit de apotheek (kan er niet op komen…tijgerbalsem !). Het aroma van de infusie schuurt daar wat tegen aan maar houdt meer fruit zoals in de eerste infusie. Veel lekkerder nu, niet zo agressief, niet zo uitgesproken als de eerste infusie, veel meer civilized. Mooi zuurtje achterin. Heel mooie structuur. Lange afdronk. 50 sec: het natte blad combineert nu de geur van het eerste zetsel (in het dekseltje) met de tijgerbalsem in de gaiwan. Het aroma van de infusie bleef wat hetzelfde, ook in de mond. Ik vind zetsel twee en drie veel aangenamer dan het eerste. 40 sec, vierde zetsel: nat blad: zachter en de tijgerbalsem is weg. Aangename zachte thee, zeker nog de moeite. 😊😊😊(😊)   

 

 

 

Tripura

Noord-Bengalen. Hier wordt al lang thee gemaakt, vooral door kleine boeren, en het seizoen duurt er een maand langer dan in Assam. De meeste thee is echter heel gewoontjes en eerder licht.


Tsuchiya

Theedomein in Kawane. Tsuchiya Tetsurô. Landgoed op 600m hoogte. Werken ondermeer met de Inaguchi cultivar, een afstammeling van yabukita, die ze op een lager gelegen perceel hebben staan. Redelijk klein bedrijf met eigen fabriekje dat geregeld prijzen haalt met zijn thee’s, en bekend voor zijn traditionele Shizuoka sencha’s van topkwaliteit.


Tsukigase Kenko Chaen

Theeboerderij in Oso, Nara, Japan. 7ha thee, 3ha pampa-gras, 2ha shiitake en 0.5ha groentes. Opgericht in 1945. Eigendom van de familie Iwata en sinds 2001 geleid door Fumiaki Iwata, °1974, de vijfde generatie. Bio sinds 1984 toen zijn ouders besloten te stoppen met kunstmest. Sinds 2011 bestaat de enige bemesting hier uit grassen en gewied onkruid en afgevallen blaadjes, en hij maakt een onderscheid tussen thee op de heuvel (geen bemesting) en in de vallei (alleen natuurlijke bemesting). Door goed te kijken naar de samenstelling van de bodem merkte hij dat hij twee duidelijk uiteenlopende bodemtypes had, eentje vulkanisch en eentje dat ooit de bodem van een meer was, en dat theeplanten die geen kunstmest kregen, daardoor ook sterk uiteenlopende smaakpatronen ontwikkelden. Zijn thee’s zijn dan ook echte terroir-thee’s die hun omgeving weergeven. Eigen productie-eenheid om het hele proces in eigen handen te kunnen houden. Experimenteert momenteel met een nieuwe aanplant waarbij hij zaad gebruikt in plaats van vermeerdering, met een techniek waarbij telkens 8 zaadjes van de cultivar worden aangeplant. Na een tijdje verwijdert hij degene die te sterk afwijken van de moederplant zodat hij minieme genetische verschillen krijgt in deze theetuin (yamatomidori-cultivar). Handheld harvesting. Hij plantte in 2005 Benifuki, Benihomare en Benihikari aan om zwarte thee te kunnen maken. De Kitorode theetuin heeft een bodem met klei en graniet en loopt horizontaal op een op het zuid-oosten gerichte helling. De aanplant dateert uit 1964 toen met zaad vermeerderde Yamatomidori, dan pas ontdekt, werd aangeplant.

Jade Sap, Sencha, 2019, Global Tea Hut: Nara, Tsukigase, Japan. Gemaakt door Fumiaki Iwata. 300 tot 500m boven zeeniveau, en dus een week tot tien dagen later geoogst dan sencha in de lager gelegen gebieden. Absoluut geen bemesting op hellingen die nog hun originele bodem hebben. Het plantgoed komt van zaad van de Yamatomidori cultivar. Aangeleverd door de Tea Crane. 18 september ’20, 60°C, 60 sec, 5 gram. Een erg vegetaal en grassig aroma voor het natte blad. De infusie is waterig en flauw, dit is niet de goeie zetwijze. 15 oktober ’20, 94°C, kyusu, 3 gram, 150ml, wél de goeie zetwijze. Nat blaad doet denken aan gebakken vis met groente, maar ingetogen en zeer versmolten. Diepgele kleur. Mooi aroma, alhoewel niet uitermate uitgesproken toch intens, een beetje apart zelfs, met iets mariens en iets vegetaals, maar echt in elkaar geweven. Licht bittertje inde mond. Dik en vol, bijna stroperig, veel body; bijzondere afdronk, absoluut geen jonge sencha. Tweede zetsel, ok, vooral mooi zoet en dik. Leuke thee. 😊 😊 😊 😊

Seed-grown Wa-kocha Black tea, 2017, The Teacrane:  geoogst lente 2017 op de Tsukigase Kenko Chaen tea farm in Nara, de boerderij van de Iwata familie. Yamata-Midori, organisch en uit zaad, niet uit klonen. 27 euro voor 100 gram. § augustus 2019. Het droge blad is eerder donkergroen dan donkerbruin, gebroken groot blad met redelijk grote steeltjes. De natte bladeren geuren intens en heel rijk en complex, met honing, fruit en een prachtig floraal aroma. Het aroma van de infusie is ongelooflijk en waait omhoog uit de kop, zoet, tijk en complex. Koperkleurige infusie, richting roodbruin. Excellente wakoucha met diepgang, complexiteit en persoonlijkheid, en moeilijk te bevatten dat deze twee jaar oud is. Een bijna onmerkbare maar toch aanwezige astringente toets geeft structuur. Heel vol, ongelooflijk lang en een prachtige echo. Wanneer de thee afkoelde zelfs nog lekkerder. In deze prijsklasse een echte topper. Tweede zetsel: werd erg toasty, als een vers brood, brioche, de geur van croissants in een Frans hotel die de oven ingaan als je nog in je bed ligt, maar dan gemengd met iets erg floraals. ‘een grote vaas met bloemen naast mijn bed, in de ochtend in een Frans hotel’. Erg rond mondgevoel, een plezier om te drinken, minder intens maar zoet en heel aangenaam en nog altijd mooi complex in de kern 😊😊😊😊

Organic first flush Seed-grown Wakocha, 2020, The Tea Crane: 30 dollar per 100 gram. Yamato Midori cultivar. Tsukigase Nara. Fumiaki Iwata. Lente-oogst maar van de lagere en grovere blaadjes die meer tannines bevatten. 3 gram, 100°C, 150ml, 3 minuten. 20 December 2020: De zeer mooie droge blaadjes geuren naar spek, heerlijk. De natte bijzonder complex, erg floraal, maar met een mooie frisse toets, specerijen ook. Naar het oranje neigend amber. Heel floraal aroma, getomateerd; elegant en complex. In de mond elegant en duidelijk, heel fijn, zeer mooie florale toetsen met een erg knappe citrustoets die alles heel fris maakt. Mooie fijne astringentie. Hel knappe en lekkere thee. Tweede zetsel, 3 min. Nog wat meer naar het oranje gaande infusie. Korreliger. Prachtige versmolten smaken van honing en bloemen. Zoet. Heel lang. Heerlijk. Derde zetsel, 3 min: zacht, een beetje korrelig, en nog altijd lekker, met herinneringen aan het eerste zetsel, en nog altijd dat lekkere zoetje aan de zijkant van de tong.  😊😊😊😊

Nara Native Yamatomidori Sencha, Siam Tees: Jaargang onbekend. Uit de portfolio van The Tea Crane. 10 gram. Fumiaki Iwata. Uit de Kitorode theetuin in Tsukigase, aangeplant in 1964 met theezaadjes van de toen pas ontwikkelde Yamatomidori. Klei en graniet. Lente-oogst. 90°C, 1 min, 3 tot vier zetsels (1 min, 20 sec, 1 min, 2 min). 2 à 3 gram per 100ml. 34.9 euro voor 100 gram. 29 december ’22, late namiddag, veel wind, af en toe regen, 100ml, 3 gram, 90°C, 1 min. Lange, smalle, dennenboomgroene naaldjes. Nat blad, mineralig, iets zoets. Mooie gele infusie.  Zeer zacht. Mooie mineralige toets, nauwelijks vegetaliteit, een beetje bladgroente op de achtergrond. Leuke retronasale toets, maar over het algemeen een zeer bescheiden thee, een beetje té zelfs. Tweede zetsel, 20 sec: nat blad is wat vegetaler maar met dezelfde mineralige toets. Nogal flauw. Al te oud ? 😊😊😊.

Organic Sencha, Tsukigase Kenko Chaen, Global Japanese Tea Marathon: Fumiaki Iwata. Yamato-Midori, uit zaad. 90 sec, 80°C, kyusu, 5 gram, 150ml. Diepgroene kleur voor de blaadjes met wat licht gekleurde ertussen. Droog warm, een diepe complexe geur. Nat blad, ook hier valt de complexiteit op. Erg mooie vegetale toets, maar met veel diepgang. Erg mooie diepgeel-gouden kleur. Beetje zwoel aroma maar ook heel mineralig. Duidelijk maar niet overdreven bittertje (volgende keer 70°C proberen). Zacht, koekje, zoet trekje in het midden van die astringentie. Lang. Echt heel complex, bijzonder interessant, en heel erg lang, zeker als hij wat afkoelt. Tweede zetsel, 90°C, 10 sec: misschien niet zo’n goede parameters. 😊😊😊😊

Nara Native Mountain-Grown Sencha 2020, The Tea Crane: 26 dollar voor 100 gram. Bio. Tsukigase, Nara. Yamatomidori cultivar, aanplant van 1964, uit zaad. Lente-oogst. 90°C, 4 & 5 gram op 200ml, 40 seconden. Cadeau na crowdfunding. 28 december ’20,40 sec, 90°C, 4 gram, 200ml. Mooi droog bladmateriaal dat steeltjes bevat. Aroma nat blad complex en mineralig. Strogeel. Heel licht en zacht, mooi zoet, te licht voor mij, ga langere trektijd uitproberen. Mooi zoete trekjes wel. 1 januari 2020, 45 sec, 88°C, 200ml, 4,4 gram: nat blad, vegetaal met een heel lichte rokerige toets. Heel lichte wat mineralige sencha. 1 min 30 sec: opnieuw die nogal speciale licht zoete en wat rokerige toets. Heel aparte smaak. Ongeloflijk complex. Heeft wel aandacht en concentratie nodig. 😊😊😊😊

Hojicha, Tsukigase, Global Japanese Tea Marathon: Yamato-midori, bio. Lente-oogst, gevolgd door een dag verwelking onder de schaduw van bomen, daarna gemaakt als een sencha en licht geroosterd. 9 April 2022, 5.3 gram, 175ml, 75°C, 2min30sec. Steeltjes en nogal gebroken blad. Warm, droog: cichorei. Nat blad, veel steeltjes en redelijk veel nog erg groen blad. Uiterst opmerkelijk aroma dat ik nog nooit rook bij een hojicha, wel met die typische cacao toets, maar met daaronder iets heel fris. Kleur van een oude wijn, heel helder, geoxideerd goudgeel. Heel complex aroma, echt uniek voor een hojicha. In de mond zacht, complex en breed, licht astringent, heel lange finish. Zacht. Wat een ongelooflijk interessante hojicha is dit. Zo lekker zeg, fris en elegant ook. 😊😊😊😊(😊)   

Mountain-Grown Roasted (Hoji)-Bancha, Siam Teas: 21.9 euro voor 100 gram. Uit de portfolio van The Tea Crane. Tsukigase, bio sinds 1984. Sinds 2011 zelfs geen dierlijke mest meer. Fumiaki Iwata. 3 gram 100ml, 90-100°C, 3 tot 5 min voor één zetsel, indien er meer gewenst zijn 1 à 2 mins. 4 june 2022, 100ml, 4 mins, 98°C, 3 gram: nat blad (veel steeltjes): zachte roostertonen, cederhout. Helderbruin. Zacht aroma. Zacht en rond, nogal mild, beetje kort. Wel leuk. 😊😊😊(😊)

 

 

Tsukigasé

Dorp dat nu deel uitmaakt van de stad Nara, van de gelijknamige prefectuur. Bekend voor de prachtige pruimenbloesems in maart. Het dorp ligt aan de diep uitgesneden Nabari rivier die uiteindelijk in Kyoto en Osaka komt. De ondergrond bestaat uit vruchtbare rode klei, het meest zuiver in de bovenste theetuinen. De ondergrond aan de rivier zelf bestaat vooral uit wit zand die veel minder rijke smaken oplevert, en tussenin uit een mengeling.


Tsuyuhikari

Kruising tussen Asatsuyu en Shizu-7132. Ontwikkeld in 1972 en sinds 2000 officieel erkend. Vooral Shizuoka. Vroeg schietende variant, twee dagen voor yabukita. Zeer productief en goed bestand tegen ziektes. Verfrissend. Zoet en vaak fruitige aroma’s.

Ureshino Kamairicha 2021, Inoue Seichaen, Saga: 11 jaar oude Tsuyuhikari struiken. 10 dagen beschaduwd (meer umami, minder bitters). 19 december ’21, 200ml, 80°C, 5 gram, : droog, klein en fijn gekruld bladmooie kleur. Warm: koekjes en amandelspijs. Nat: heel complexe vegetaliteit, boterig. Briljant goudgeel. Zeer interessante start, boterig, rijk, complex, dik. Excellent, heel lang ook. Mooie roostertoets. 2de zetsel, 100°C, in en uit. Iets bitterder maar ook zoet. Lekker maar niet zo complex. 😊😊😊😊

 

Tuancha

Theeballetjes die bestaan in verschillende groottes. China. Vaak erg aards van aroma en smaak.


Tung Ting

Taiwan. Sommige van deze thee’s behoren tot de beste van het eiland. Lichtgefermenteerde Pouchong. Zachte, milde thee met oranjegroen aftreksel. Zie verder onder Dong Ding.


Tunxi

Anhui, China. Ook bekend als Tunlu of Green Gold. Groene geroosterde thee uit de regio rond Tunxi, op vruchtbare gele grond. Donkergroene, stevig opgerolde thee met het aroma van kastanje. Gekend sinds de 7de eeuw, en één van de thee’s die werden geëxporteerd naar het Westen. Bestaat in verschillende zes verschillende varianten, en kan gemaakt zijn van een knop met één blad, twee bladeren of drie bladeren, maar zou altijd zacht moeten zijn. De Engelse vertaling voor de varianten is: Eyebrow, Precious Eyebrow, Tribute, Needle, First Rain en Green Flake. Vroeger werd veel thee hier verpakt en opgestuurd, en heel wat thee uit andere gebieden werd toen ten onrechte Tunxi thee genoemd. Vandaag is Tunxi zelf sterk verstedelijkt en komt de thee hoofdzakelijk uit de districten Shexian en Xiuning.


Tuo Cha

Of tuocha. Oorspronkelijk uit Yunnan. Samengeperste thee, die in een vogelnestje is geperst, en de naam verwijst naar de vorm die rond is om hem beter te doen drogen. Meestal gemaakt van pu-erh, en zo’n vogelnestje kan tussen de 3 gram en 3 kilo wegen. De kleinste, die tussen de 3 à 5 gram wegen, en goed zijn voor één kop thee of één gaiwan heet een xiao tuocha (xiao betekent klein hier). De norm zou die van 100 gram zijn die gewoon tuocha wordt genoemd. Een grotere vorm weegt ongeveer 357 gram en wordt bingcha genoemd, en een grote vierkante en platte tegel heet fangcha. Van de grotere worden telkens stukken afgebroken wanneer men ze nodig heeft. De naam komt van de Tuo rivier waarlangs de thee vroeger getransporteerd werd. De originele hadden een gat in het midden om ze aan koorden te kunnen rijgen en werden zo getransporteerd als betaalmiddel.


Turkije

‘Een conversatie zonder thee is als een nachtelijke hemel zonder maan.’ Oud gezegde uit Centraal-Turkije

4.6% van de wereldproductie en zo de vijfde grootste producent van de wereld. De Turkse naam voor thee is çay, en hij wordt gemaakt in een çaydanlik. Thee is één van de meest populaire dranken in Turkije, maar behoort tot de basisvoeding, en de Turken zijn waarschijnlijk de grootste theeconsumenten van de wereld. De Turkse manier van theedrinken en het hoge chloorgehalte van Turks leidingwater vragen om thee’s die zich hier aan kunnen aanpassen. Grootbladige Ceylon uit de laaggelegen gebieden is hier goed voor, maar de Turken kweken zelf ook theeplanten die hier zeer geschikt voor zijn, en de jaarproductie in 2019 was meer dan 200.000 ton. De eerste in Turkije geteelde thee was Russisch en groeide in Batumi, een zwarte zee haven in het huidige Georgië die door de Russen op de Ottomanen werd veroverd. De Turken, eigenlijk echte koffie-drinkers, zagen het economisch potentieel van de struik en vonden het geschikte terroir tussen de steden Rize en Artvi, langs de Kaçkar bergen, op hoogtes rond de 500 meter, waar rond 1917 de productie startte. Een zekere Zihni Derin, een landbouwingenieur, had het terroir herkend als zeer beschikt voor thee en importeerde theestruiken uit Georgië. De omstandigheden lijken wat op die in Georgië en het klimaat is subtropisch en heel vochtig. Omdat de nachten er echter koel zijn en het vriest en sneeuwt in de winter kunnen pesticides vaak vermeden worden. Het plukseizoen loopt van mei tot oktober. De grote crisis na de eerste wereldoorlog bracht moeilijkheden met zich mee met de aanvoer van koffie, en thee werd meer en meer populair. In 1947 werd de eerste Turkse theefabriek geopend. Tegen de jaren 60 was Turkije én een zeer grote consument én een zeer grote producent. Het monopolie van staatsbedrijf Caykur hield stand tot 1984, maar het blijft verantwoordelijk voor meer dan de helft van de productie. Sindsdien zijn er veel kleinere producenten bijgekomen. Specifiek aan de Turkse manier van theezetten is de erg lange trektijd en het gebruik van zeer veel suiker (géén melk, soms citroen). Voor de Europese manier van zetten is de thee minder geschikt maar de thee past zeer goed bij de Turkse manier van thee-zetten. Er wordt ook goede witte thee gemaakt maar in zeer kleine hoeveelheden. Slechts 5% van de thee wordt geëxporteerd en Turken zijn niet gek op import-thee (en heffen er dan ook een importtaks van 145% op). Turken drinken tot tien koppen per dag van hun sterke çay thee, altijd zonder melk maar vaak met suiker of citroen. De heel sterke thee kan na het zetten verdund worden met kokend water naar de smaak van de drinker. De bergamot die wordt gebruikt bij Earl Grey groeit ook zeer goed in Turkije en wordt hier veel geteeld. Een paar jonge mensen zijn nu bezig met een beweging naar meer geïndividualiseerde producten van hogere kwaliteit en meer potentieel naar de verfijndere theeliefhebber. Jonge producenten om te volgens zijn ByOnay, Lazdan Cay, MayLivadi en TeaChef.


Typhoo

°1903, door John Sumner, een kruidenier in Birmingham. Eerst nog verkocht als een wondermiddel tegen indigestie, maar later één van de favoriete Britse thee-merken. Sumner was één van de eersten die besloot om zijn thee niet meer en vrac te verkopen maar voorverpakt onder een merknaam, Typhoo Tipps, een opmerkelijke beslissing voor die tijd, en hij spendeerde onmiddellijk 200£ aan reclame, een grote som geld voor die tijd. De naam Typhoo kwam van het Chinese woord voor dokter, en de reclame slogan was ‘The tea that doctors recommend.’, gebaseerd op de strengere kwaliteitsselectie met het zorgvuldig verwijderen van onzuiverheden in de thee. In 1909 reisde John zelf naar Sri Lanka (toen nog Ceylon) om er direct aan te kopen en te blenden volgens zijn aanbevelingen. In de jaren 30 gebeurde het blenden opnieuw in Birmingham omwille van kwaliteitsproblemen. Tegen de jaren 60 verpakte Typhoo elk jaar 40 miljoen kilo thee die ze exporteerden naar 40 landen en smolten ze samen met Schweppes. In 1986 nam Premier Brands de firma over, om in 2005 uiteindelijk terecht te komen in Apeejay Surrendra Group, één van Indië’s oudste zakenconglomeraten, gesticht in 1910. In de jaren 90 was Typhoo één van de eersten die duidelijkheid verschaften over de omstandigheden waarin hun thee’s werden geteeld, en ze pionierden in het ethisch zakendoen dat vandaag in de theewereld zo belangrijk is geworden. www.typhoo.co.uk